De schrijver leefde van 1882 tot 1961. Het verhaal is geschreven in 1909 tot 1910, het is voor het eerst gepubliceerd in 1911.

De uitvreter is de bijnaam voor Japi. Japi leeft er maar wat op los op andermans kosten. Hij maakt deel uit van een groepje mensen, dat bestaat uit Hoger, een schrijver; Bavink, een schilder, de ik?persoon in het verhaal= Koekebakker en natuurlijk Japi. Bavink heeft Japi ontmoet op de veerboot van Anna?Jacobapolder naar Zijpe. Japi zat daar voorop in weer en wind te filosoferen, waar Bavink vn onder de indruk raakte en sindsdien vergezelt Japi Bavink overal en leeft Japi grotendeels op bavink's kosten, van wie hij af en toe een "doekje" van verkoopt. Later in het verhaal verplicht Japi's vader hem om te gaan werken. Hij gaat naar afrika, maar na een tijdje gewerkt te hebben, komt hij doodziek terug, hij is totaal gedemoraliseerd en pleegt even later zelfmoord door van een brug af te springen.

Titel: "De uitvreter" slaat op Japi, die maar een beetje rondschooiert en hier en daar wat "uitvreet", zich nergens wat van aantrekt en op andermans kosten leeft.

Tijd: Het boek gaat over een paar jaar uit Japi's leven, er is een tijdsverdichting als hij naar Afrika gaat, een paar bladzijden later is hij namelijk weer terug. Het boek speelt ongeveer rond 1900

Ruimte: Het verhaal speelt zich in het begin af in Zeeland, daarna reist Japi naar Brussel, Amsterdam en gaat hij ook nog naar Friesland en Afrika.

De stijl van het verhaal is heel typisch, de schrijver schrijft veel nog in de oude spelling, maar hij pleegt vaak door hemzelf verzonnen samentrekkingen. Hierdoor lijkt de sfeer van het verhaal op de sfeer van verhalen uit de vroeg?20?e eeuw. Dit is waarschijnlijk ook de bedoeling van Nescio geweest.

Thema: "De ondergang van Japi in de maatschappij".

Persoon: Het groepje waar het verhaal omheen draait zijn een aantal flierefluiters met een zeer relaxte levensstijl die maar een vrees hebben en dat is burgerlijk worden. Japi spant hierin de kroon. Sommigen van het groepje doen soms nog wel eens wat, maar Japi doet helemaal niets, en als hij wat begint te werken, gaat hij eraan ten onder.

Het verhaal bestaat uit een aantal anekdoten, die gemeenschap?pelijk hebben dat Japi er de hoofdrol in speelt, en zo kan de lezer zich een beeld vormen van het leven van Japi. De anekdoten staan in chronologische volgorde maar er zit wel "ruimte" tussen.

Het perspectief is vanuit de ik?persoon, Koekebakker. Deze diept ook alle verhalen over Japi op.

Titel: Titaantjes

schrijver:Nescio

Het verhaal is geschreven in 1914

"Titaantjes" is het vervolg op "De uitvreter". In dit deel wordt verteld wat er van de mensen uit de uitvreter geworden is. Bavink, Ploeger, Bekker, Hoyen en ik=Koekebakker vormen een groep. In het begin van het verhaal komen ze bijna iedere avond bij elkaar om te filosoferen over het leven, wat het is en wat het had moeten zijn en waarom de dikke heren met hun geld en hun dikke sigaren zoveel beter af zijn dan zij en of ze wel beter af zijn. Hierna wordt in elk hoofdstuk een beschrijving van de toestand van een lid van het groepje gegeven. Bekker is een kantoorklerk geworden, nadat hij zijn eigen bedrijf failliet had zien gaan, Hoyer is degene die het meeste geld heeft. Hij woont op een kamer met een nette weduwe en hij is lid van de S.D.A.P. Hij is zeer succesvol als schilder. Ploeger heeft nu de functie dat hij de halve stuivers uit de muntmeters moet halen. Deze wisselt hij bij de gemeente in. Hij verdient erg weinig en zijn leven is vol ellende en kinderen. Bavink schildert nog steeds, maar hij raakt aan de alcohol en hij belandt in een gesticht. Tenslotte de ik?figuur, Koekebakker. Hij is journalist geworden en ontvangt zijn bescheiden loon steeds op tijd en is tevreden.

Titel: "Titaantjes" betekent hemelbestormers dan wel reuzen en dit slaat op de groep van vijf, die de hele wereld wilden veranderen met hun filosofieen maar aan het eind toch burgerman?netjes worden.

Er wordt verteld over wat de personen in kwestie geworden zijn, hierdoor is slecht op te maken hoelang dit duurt. Het is in ieder geval een paar jaar omdat er eentje de tijd heeft gehad om een eigen bedrijf op te zetten en weer failliet te doen gaan.

Het verhaal begint in Amsterdam, en waar de afzonderlijke individuen eindigen is onduidelijk.

in het verhaal komen steeds de gedachten en visies van de hoofdpersoon op het leven terug. De hoofdpersoon tracht het leven te begrijpen maar dit lukt hem slecht. Het laatste woord van het verhaal is dan ook: "Waarom ?"

Thema: de opstandigheid van de jonge jaren valt niet vol te houden, elke wereldverbeteraar komt uiteindelijk als burger in de maatschappij.

Het verhaal begint met een paar hoofdstukken over het groepje, later volgt per hoofdstuk een beschrijving van elk persoon.

Titel: Dichtertje

Schrijver: Nescio

Dit verhaal is geschreven in 1917

Het dichtertje is fatsoenlijk getrouwd met Coba. hij heeft kennis met haar gemaakt toen hij 19 jaar was en vroeg haar bij de Muiderpoort ten huwelijk. Ze zijn nu 6 jaar getrouwd. Hij heeft verlangens om uit de huwelijkssleur te komen, dit komt tot uiting in een heftige verleifdheid op een nette dame in de tram. Helaas ziet hij haar nooit weer. Zijn vrouw heeft dezelfde drang om uit het huwelijk te breken, maar ze weten dit niet van elkaar. Zij gaat met hun dochtertje een taartje eten op het Damrak. Ze kijkt daar een man lang aan, maar beiden durven niet tot actie over te gaan doordat ze niet durven. Inmiddels klimt 't Dichtertje langzaam op de maatschappelijke ladder, de rijkdom neemt stilaan toe. Dan ontmoet hij het zusje van zijn vrouw, Dora. Deze wordt gelijk verleifd op hem, maar hij ziet haar niet staan. Dora mag een paar weekjes blijven bij een vriendin in Berg en Dal. Haar zwager (Dichtertje) brengt haar weg en tijdens de treinreis wordt hij ook verliefd op haar. Hij brengt haar later naar Berg en Dal zonder dat er iets gebeurt. Dan is het de volgende lente. Coba en het kind logeren in Den Haag en 't Dichtertje neemt samen met Dora drukproeven door. Hij vertelt Dora dat hij een vriend heeft die verleifd op haar is en met haar wil trouwen, maar zij wijst dit van de hand en zegt dat ze nooit zal trouwen. 'T dichtertje geeft Dora de sleutel van zijn huis. Als Dora dan naar huis gaat, vindt ze dat het lijkt of ze voorgoed afscheid heeft genomen van Dichtertje. Ze gaat dan terug naar zijn huis, en gaat ook met hem naar bed. Een paar dagen later wordt 't DIchtertje krankzinnig gevonden door een paar vrienden van hem. Dora leeft verder als ongehuwd moeder samen met Coba. Nu is er eindelijk van dichtertje geworden wat hij altijd al wilde, groot worden en doodvallen.

Titel: "Dichtertje" slaat op de hoofdpersoon, een dichter. Dit spookt door het hele verhaal doordat allerlei dingen die helemaal niet zo po??tisch zijn toch heel lyrisch worden beschreven.

Tijd: er wordt verteld hoe Dichtertje en Coba elkaar ontmoet hebben, en 6 jaar later, hoe de affaires met dichtertje verlopen. Het verhaal speelt rond 1900. De 6 jaar huwelijk zijn sterk verdicht qua tijd

Het verhaal speelt in Amsterdam.

Het verhaal is niet zo duidelijk omdat Het gezichtspunt van God, voorgesteld als persoon, soms aangehaald wordt en alles heel dichterlijk beschreven wordt.

Het thema is Het verlangen uit de sleur te breken, wat slecht afloopt.

Dit thema komt in alle 3 delen voor, het drukt het verlangen van de hoofdpersonen uit, maar het lukt ze geen van allen.

't Dichtertje is in het begin van het verhaal niet succesvol. Later wordt er een boek van hem uitgegeven en dat is wat hem het grote succes brengt. Aan het begin van elk hoofdstuk wordt steeds een wens van het dichtertje herhaald, nl "Een groot dichter te worden en dan dood te vallen." 't Dichtertje is helemaal geobsedeerd door deze wens. Het lukt hem aan het eind ook.

Het is geschreven door een alwetende buitenstande verteller.