Boekverslag: De Tweeling
Zakelijke gegevens
Auteur
Het boek is geschreven door Tessa de Loo, het pseudoniem van Johanna Martina Duyvene de Wit. Tineke is geboren op 15 oktober 1946 in Bussum en oudste van een gezin van drie kinderen. Ze krijgt een athe?stische opvoeding. Al op haar vijftiende jaar schrijft ze verhalen Ze volgde eerst het gymnasium en vervolgens de HBS. Vervolgens kwam ze door haar goede resultaten op het Maaslandcollege terecht. Eigenlijk wilde Tineke nu de kunstacademie gaan doen maar dat vinden haar ouders niet zo?n goed idee. Ze volgt daarom in Utrecht de MO-Nederlands; deze opleiding maakt ze echter niet af. Als ze twintig is trouwt ze met een bouwkundige, van wie ze later weer scheidt en in 1971 wordt haar zoon Joris geboren. Tineke heeft nog een tijdje voor de klas gestaan als lerares Nederlands. Haar eerste twee verhalen die ze publiceerde kwamen uit onder haar eigen naam in 1979 in Vrij Nedrland en Opzij. In 1983 komen haar verhalen ?De muziekles? en ?Meisjes van de suikerwerkfabriek? in het literaire tijdschrift ?Maatstaf?. Voor deze verhalen gebruikte ze het pseudoniem Tessa de Loo. Dit pseudoniem is afgeleid van Texel, waar ze gewoond heeft, en van haar grootmoeder die van Loo heette.
In november 1983 verscheen de Loos debuutbundel ?De meisjes van de suikerwerkfabriek?. In 1987 verscheen haar tweede boek, de roman Meander De roman beschrijft de ondergang van een alternatieven gemeenschap onder leiding van een valse profeet in Zeeland. Tessa de Loo schreef in 1987 het boekenweek geschenk. Ze schreef een novelle over de onmogelijke liefde tussen een docente Frans en haar achttien jaar jongere leerling. Twee jaar later verscheen een meer thrillerachtig boek, Isabelle, wat gaat over een ontvoeringzaak. De tegenstelling tussen mooi en lelijk, macht en onmacht is hierin het thema. In 1993 verscheen een heel succesvolle roman: de tweeling. Dit boek werd bekroond met de Trouw Publieksprijs 1994 en de Duitse Otto vor der Gablenzprijs. Het boek is echt al heel vaak herdrukt. In 1995 verscheen de Loos laatste boek, Alle verhalen tot morgen.
Het boek bij de moderne literatuur. De Loo heeft meer boeken over de oorlog geschreven. Er zijn ook meer boeken van haar waar psychologische aspecten inzitten.
Titel
De tweeling, De arbeiderspers, Amsterdam, 2000, 428 blz. (eerste druk 1993)
Titelverklaring: Dit is vrij logisch. Het hele verhaal draait oom een tweeling.
Genre
De tweeling is een roman. De subgenres zijn:
- Monumentale, oorlogsroman (het gaat over de tweede wereldoorlog.
- Psychologische roman (Anna en Lotte vertellen elkaar hun eigen levensverhaal. Het lijkt ??n grote vergeefse poging om boven vijandschap en wantrouwen uit te stijgen).
Eerste reactie
Keuze
Ik heb dit boek gekozen omdat ik van anderen gehoord had dat het heel mooi moest zijn. Ik heb al veel boeken gelezen (niet voor mijn lijst) maar van deze schrijfster had ik nog nooit wat gelezen en vond ik dat ik dat wel voor mijn lijst kon doen.
Inhoud
Het is werkelijk een prachtig boek. Ze weet op een goede manier de oorlog vanuit twee perspectieven te beschrijven. Zij laat ook heel duidelijk zien hoe de oorlog voor de Duitsers was en wat er met twee mensen gebeurt wanner ze uit twee landen komen die in haat jegens elkaar leven. Een groot nadeel van dit boek vind ik dat er niet veel spanning inzit. Normaal lees ik tot diep in de nacht door, maar dit boek kon ik gemakkelijk opzij leggen. Toch weegt dit minpuntje niet op tegen het ongelofelijk goede verhaal.
Verdieping
Samenvatting
Het verhaal gaat over twee Duitse tweelingzusjes, Anna en Lotte. Door de dood van beide ouders worden ze op zesjarige leeftijd uit elkaar gehaald. Omdat Lotte tbc heeft wordt zij door een oudtante mee naar Nederland genomen en bij haar zoon ondergebracht. Omdat Anna niet ziek is blijft zij in Duitsland. Zij hoeft namelijk niet aan te sterken en kan daarom meegenomen worden naar de boerderij van haar opa waar hij woont met zijn zoon. Als bij toeval vinden ze elkaar, na een levenslange verwijdering terug in Spa in een kuuroord. Lotte is hier voor een keur tegen haar artrose. Anna blijkt deze ziekte ook te hebben. Een familiekwaal dus. Hier, in het kuuroord, vertellen ze elkaars levensverhaal.
Deel 1: interbellum
Tijdens de middagrust wordt Lotte Goudriaan wakker van een vrouw van haar eigen leeftijd die net als zij artrose heeft. Ze ergert zich aan de vrouw omdat ze luidruchtig is, maar ook omdat het een Duitse is. De vrouw vroeg in haar moeizame schoolfrans of ze het mineraalwater mocht gebruiken. Zou Lotte in het Frans geantwoord hebben, dan zou deze hele geschiedenis niet verder kunnen gaan, maar ze antwoordt in het Duits en het komt tot een nadere kennismaking. Lotte legde uit hoe het kwam dat zij, als Nederlandse, zo goed Duits kon spreken. Lotte vertelde dat zij een van oorsprong Duitse was maar dat zij op zesjarige leeftijd naar Duitsland was vertrokken. Haar enige herinnering aan Keulen was het casino van haar vader. De Duitse vrouw vloog maar haar toe en omhelsde haar. Lotte die geen zin had in een omhelzing met deze onbekende vrouw hoorde haar nog zeggen dat zij Anna was, haar tweelingzus. Anna reageert heel enthousiast maar Lotte is heel gereserveerd en reageert met verwijten naar de Duitsers die in de oorlog zes miljoen Joden vermoord hebben en de wereld in een oorlog hebben gedompeld. Anna reageert hierop door te vertellen over de economische crisis in het interbellum en zegt dat Lotte ook een van oorsprong Duitse is.
Onder het genot van een kopje koffie uit de automaat vroeg Anna of Lotte zich ook nog de leeuwenpootjes onder het bed herinnerde. Lotte echter dacht terug aan het badritueel met haar Hollandse vader. Zij was met haar tante Elizabeth meegegaan naar Nederland omdat zij, evenals haar vader tbc had. Ze werd ondergebracht bij de familie Rockanje. Vader Rockanje, zoon van Elizabeth, had een moeilijk karakter. Hij hield van klassieke muziek en was aanhanger van het communisme. Die muziek ging vaders hele leven bezitten. Dag en nacht was hij bezig met muziek en hij bouwde zelf installaties met perfecte muziekkwaliteit. Muziek was in dit gezin ook vaak een bron van ruzie omdat vader nieuwe platen bestelde en de rekeningen werden opgestuurd naar huis, terwijl er eigenlijk niet veel geld was. Ook deed hij zijn werk niet meer goed, waar zijn vrouw tenslotte voor op kon draaien. In de periode dat ze moest genezen van de tbc schreef ze heel veel brieven naar Anna, maar Anna kreeg ze nooit in handen. Nadat ze was genezen van de tbc groeide ze op als Nederlands meisje. Tijdens een oer-Hollandse ijswinter kwam ze tijdens de ijspret onder het ijs terecht. Ze was er slecht aan toe, maar na een moeizame reanimatie kwam ze weer tot leven. Sindsdien kon Lotte niet goed meer praten. Zingen ging haar echter beter af, maar dit belette haar vader haar door thuis continue grammofoonplaten te draaien. Ze maakte naar Anna het verwijt dat haar dirigent die Joods was, was afgevoerd, maar Anna reageerde hierop door te zeggen dat ze beide op dezelfde knie hadden gezeten en dat Lotte net aan de cultuur was ontkomen maar dat zij er middenin had gezeten. Ook tegenover de rest van zijn gezin gedroeg vader Rockanje zich erg tiranniek. Als gevolg van een ongeluk leeft hij geruime tijd op het randje van de dood. Door het doorzettingsvermogen van moeder is hij min of meer blijven leven. De weekeindarts heeft met een lange injectienaald medicijnen als wanhoopsdaad in zijn hart leeggespoten. Hij herstelde in de tijd van de internationale spanningen. Tijdens zijn ziekte kwamen al zijn vrienden hen nauwelijks meer opzoeken. Na zijn ziekte wilde hij in het centrum van ieders aandacht staan, vooral die van moeder. Hij liet duidelijk merken een grote hekel te hebben aan de Duitsers. Lotte trok zich dit aan omdat ze bedacht dat zij ook een Duitse was van oorsprong. Lotte ging op een christelijke school omdat er op de openbare school geen plaats meer voor haar was. De bijbel trok haar erg aan omdat het verboden was. Het was voor haar een boek met het predikaat boven de achttien. Hoewel het christendom haar aantrok weigerde ze op school mee te bidden, wat zorgde voor onenigheid met de directie. Lotte wilde Anna in Duitsland gaan zoeken, maar het uitbreken van een oorlog verhinderde eerst dit plan. Anna ging naar haar grootvader op een boerderij aan de Lippe. Grootvader wilde Lotte er niet bij omdat zij ziek was en dus duur en niet geschikt als werkkracht. Op de boerderij waren ook oom Heinrich die liever las dan werkte en tante Liesl die werkte als een paard. Op school voelde ze zich alleen omdat ze gewantrouwd werd door de leerlingen om haar stadse manieren. Ze voelde zich eenzaam en verlangde hevig naar haar zus. Maar als dood zijn betekende dat iemand voortdurend afwezig was, dan was Lotte dood. Ook moest ze naar de Rooms-katholieke kerk, waar Jacobsmeier pastoor was. Na enkele jaren stierf grootvader en tante Liesl ging naar het klooster. Anna had zich inmiddels aangepast en dacht dat Lotte haar vergeten was omdat ze niets meer van haar hoorde. Oom Heinrich trouwde met Martha. Het was min of meer een huwelijk uit balorigheid. Trouwen met zijn echte uitverkorene was onmogelijk gebleken in verband met ongeschreven wetten over aantallen hectares en de omvang van de veestapel. Martha was erg lui en bracht achterelkaar kinderen op de wereld. Hierdoor moest Anna al het werk opknappen zodat ze niet naar het gymnasium kon. Martha zag Anna als een parasiet terwijl ze wel wezenrente voor haar kreeg. Toen Anna last kreeg van chronische verkoudheid wilde Martha niet voor hoestdrank zorgen, omdat ze toch wel vroeg dood zou gaan of aan borstkanker zoals haar moeder of aan tbc zoals haar vader. Tenslotte zorgde Jacobsmeier voor hoestdrank. Van Bemd M?ller hoorde zij voor het eerst van Hitler. Heinrich was boos geweest toen zij hem vertelde over de man die Bemd zo bewonderde. Alleen domme mensen liepen achter die belachelijke figuur aan. Ze mocht Bemd niet meer zien, maar deed dat wel. De werktuigbouwer wilde voor haar een huis bouwen en haar als ze achttien was als zijn vrouw over de drempel dragen. Anna kreeg pas weerzin tegen Bemd toen zij hem in een bruin uniform ontmoette achter de Mariakapel bij de brug. Hij wilde haar omhelzen, maar ze stootte hem af en vluchtte naar huis. Helaas was het incident gezien en aan oom Heinrich verraden. Het gevolg hiervan was dat hij Anna vreselijk mishandelde. Ze kreeg hierna vreselijke buikpijn en de dokter constateerde dat haar baarmoeder gedraaid lag. Pastoor Jacobsmeier zag dat deze situatie niet houdbaar was en zorgde ervoor dat ze uit huis in een klooster geplaatst kon worden, waar ze op krachten kon komen. In het dorp bij het klooster zag Anna voor het eerst een vlag met een hakenkruis. Ze wist intussen waar Hitler voor stond, maar in de beslotenheid van het klooster waren de verkiezingen haar voorbijgegaan. Ze had graag de vlag weg willen halen, maar de abdis zei haar dat al zou ze de vlag weghalen, ze nog niet weg kon halen waar de vlag voor stond. Nadat ze was aangesterkt ging ze terug naar het dorp. Hier was in de periode dat ze weg was veel veranderd. Veel dorpelingen waren lid van de Sa en veel klasgenootjes waren bij de Hitlerjugend of bij de Mund Deutsche M?del. Jacobsmeier raadde haar aan om ook bij de BDM te gaan. Zo kon zij voorkomen dat het helemaal een naziclub zou worden. Ze wist inderdaad tweespalt te zaaien zodat de groep zich op moest heffen.
Kort hierna zorgde Jacobsmeier dat ze in Keulen een opleiding tot dienstmeisje voor beter standen te volgen. Ze logeerde bij een neef van oom Heinrich die chef van de onderhoudsploeg in een ziekenhuis was. Martha had er grote moeite mee haar onbetaalde kracht te laten gaan. Anna moest een verklaring ondertekenen over het voogdijschap van haar oom over haar toen ze eenentwintig was en dus meerderjarig. Ze heeft de verklaring getekend zonder het stuk te lezen, terwijl in het stuk stond dat haar oom elk jaar weer had verklaard dat ze krankzinnig was. Dit had hij gedaan omdat hij ze op deze manier op de boerderij kon houden om haar mee te laten helpen. Door deze verklaring kwam er een procedure op gang haar te laten steriliseren, zodat ze geen zwakzinnigen ter wereld zou brengen. Dit paste namelijk niet in het plaatje van het derde rijk. Anna was echter al onvruchtbaar geworden door de mishandelingen van haar oom. Kordaat optreden van Anna voorkwam de sterilisatie. Anna was inmiddels in dienst van de familie Stolz. Mevrouw Stolz had dwangmatige regelmaat ingesteld. Elke vorm van initiatief werd de kop ingedrukt. Dit kon Anna niet verdragen, waardoor ze ontslag nam. Ze kwam nu in dienst bij een adellijke familie die in de buurt van Keulen een groot huis met veel personeel bezat. Een zekere gravin Charlotte von Garlitz Dublow reageerde op haar sollicitatiebrief met een persoonlijk bezoek aan het huis van oom en tante Vicky. Ze werd ter plekke aangenomen toen zij kon bevestigen de dochter van Johannes Bamberg te zijn. In heet verleden had haar vader de vader van de gravin grote diensten bewezen. Anna?s leventje hier begon rustig en in alle luxe als kamermeisje van Gr?fin von Folkenau. Ze bracht in dit huis veel tijd door in de bibliotheek, iets wat ze altijd al graag deed.
Deel 2: oorlog
Als de oorlog uitbreekt wil Lotte toch naar Anna. Lotte achterhaalt Anna?s adres via tante Elizabeth. Ondanks de oorlog kreeg Lotte toch een visum om eind 1939 naar Keulen te gaan om met Anna de jaarwisseling te vieren. De ontmoeting waar Lotte heel veel van had verwacht werd een grote desillusie. Anna heeft totaal geen aandacht voor haar. Ze heeft het veel te druk met het feest dat Frau von Garlitz organiseert voor oud en nieuw. Ook wil Anna niet toegeven dat er bezoek voor haar is. Lotte zag vol verbazing hoe een stel Duitse officieren at en dronk en aan het eind van de maaltijd niet schroomde om met pistolen te schieten op een wit badlaken dat over een laaghangende tak hing. Zo kreeg de vijand een gezicht en het was geen vriendelijk gezicht. Teleurgesteld gaat Lotte naar huis.
Anna bleef achter met zelfverwijt omdat ze haar tweelingzus zo koel en afstandelijk had behandeld. Waarschijnlijk kwam het omdat Lotte op vader leek en in niets meer op het zesjarige meisje dat ze was toen ze gescheiden werden.
Als Anna met een ander dienstmeisje, Hannelore, naar een bal in het casino gaat, ontmoet ze Martin Grosalie, een Oostenrijkse soldaat. Er ontstond een verhouding die zich uitte in het schrijven van wederzijdse brieven. Dit kwam omdat Martin telkens op een ander front werd geplaatst. Frau von Garlitz vlucht definitief naar het landgoed van haar ouders in Brandenburg. Ook Anna wordt op een gegeven moment daarheen gehaald. Martin vertrekt naar Rusland. Anna krijgt nog regelmatig brieven van hem, waarin hij slechts landschap ed. beschrijft. Hij praat niet over de oorlog. Toen hij tussen door een keer met verlof naar Anna toekwam schrok ze een beetje van zijn fysieke verschijning die voor haar op papier een eigen leven was gaan leiden. Eind oktober 1941 had Martin verlof en hij stelde Anna voor om te trouwen, wat niet door kon gaan omdat hij eigenlijk illegaal met verlof was. De trouwerij zou geregistreerd worden en dan zou uitkomen dat hij in Rusland hoorde te zitten. Toch hadden ze een goede tijd samen. Anna maakte kennis met de moeder van Martin die een beetje gestoord was. Zij probeerde ervoor te zorgen dat het huwelijk niet door kon gaan. Ze noemde alle nadelen van het huwelijk en haalde bovendien Martins spaarrekening leeg. Ook maakte ze kennis met zijn vader.
De Familie von Garlitz verhuist naar een ander landhuis in de buurt van Berlijn, waar Anna de leiding kreeg over de huishouding, waar het personeel bestond uit Russische en Poolse krijgsgevangenen. Het lukt haar om de huishouding weer op de rails te krijgen. Omdat de krijgsgevangenen het niet makkelijk hadden probeert Anna ze op bepaalde punten tegemoet te komen. Anna leeft van brief tot brief en hoopt dat Martin snel terugkomt. Een jaar later heeft Martin opnieuw verlof en nu kan het huwelijk in Wenen alsnog doorgaan. Martins moeder is er niet bij. Een keer zagen ze in het oude centrum, in de M?lker Bastei een grote groep mensen met een gele ster op hun jas. Ze liepen langzaam de versleten trappen af. Martin verstarde. Anna had hem meegetrokken en toegevoegd dat hij niet moest kijken. 'De hele dag verweet ze het de stoet op hun weg te zijn verschenen, als een sombere vingerwijzing.' (blz. 249)
Terug op het slot, na een afscheid van Martin waarvoor geen vorm te vinden was geweest, maakte Anna mee dat een Russische krijgsgevangene in de rug werd doodgeschoten door een Duitse officier. Zogenaamd tijdens de vlucht! Drie weken lang zijn ze samen en dan moet Martin terug naar Rusland. Niet lang hierna wordt Martin in de buurt van Berlijn gedetacheerd. Hierdoor konden ze elkaar bijna elk weekend zien. Hij kreeg nog een keer verlof om naar Wenen te gaan omdat hij een officierscursus had gevolgd.
Het vliegtuig van Herr von Garlitz stort neer. Frau von Garlitz ontvangt nog wel vroegere collega's van haar man, die een moordslag op Hitler beramen. Anna weet hier door toeval al van tevoren van. Ze wil het openbaar brengen, maar Martin wil dat ze het verzwijgt. Deze aanslag mislukt. De aanslag op Hitler werd op de radio gemeld. Frau von Garlitz riep uit: 'Gott sei dank! Das Schwein ist tot.' Maar dat bleek een misrekening. Gelukkig had geen van de ingekwartierde vluchtelingen haar uitroep opgevangen. Nog op de dag van de aanslag vonden de daders een verschrikkelijke dood. De meeste werden opgehangen aan vleeshaken.
Martin, die inmiddels in de Waffen-SS zit, vraagt Anna in een brief ontslag te nemen en naar Wenen te gaan, omdat dat veiliger voor haar zal zijn, want de Russen naderen Pruisen inmiddels. Eerst denkt Anna dat het niet nodig is omdat ze de Russen goed behandeld heeft. Toch lijkt het haar wijzer om Martins raad op te volgen. Anna neemt met verdriet afscheid van de familie voor wie ze vijf jaar heeft gewerkt.
Van Wenen was het niet ver naar Neurenberg, waar Martin gelegerd was. Eerst bracht zijn vader hem een bezoek en die overtuigde haar dat hij het goed naar zijn zin had bij de SS. Maar hij realiseerde zich permanent dat zijn geluk plotseling op kon zijn. Het paar sprak over haar leven na zijn dood. Hij liet Anna beloven geen zelfmoord te plegen. Het beste kon zij dan als verpleegster gaan werken in een militair hospitaal. Toen Anna wegreed in de trein richting Wenen was het weer in een stralend contrast met haar stemming. Op een dag kwam er met de post een pakketje mee waarin de compagniechef haar op de hoogte stelde van de heldhaftige dood van haar man.Hierop volgde een periode van intense rouw. Ze was kwaad waarom het haar man betrof, maar zat ook urenlang met het portret van Martin op haar knie?n te wiegen. Na een periode dat ze erg depressief was hielp de sociale dienst van de SS haar er weer een beetje bovenop en zorgde dat ze werk kreeg in een veldlazaret, zonder dat ze hier een diploma voor had. Ze maakte in het lazaret indringender dan ooit kennis met de realiteit van de oorlog toen zij per ongeluk een zaal betrad waar soldaten lagen die al hun ledematen waren kwijtgeraakt. In de laatste weken van de oorlog werden de pati?nten verplaatst naar Linz, waar in een seminarie een noodhospitaal was ingericht. Anna was een van de weinige begeleiders van de vele gewonde soldaten. Aan slaap kwam ze zelden toe, tot ??n van de oudere officieren haar dwong om rust te nemen. Voor Anna werd het steeds moeilijker haar werk te doen tussen alle verminkte soldaten. Opeen gegeven moment waren in het hospitaal alleen nog de soldaten die niet konden vluchten. De rest, inclusief verpleegsters, was gevlucht. Op een nacht was ze nog met twaalf soldaten in het hospitaal die ze niet meer aan hun gezicht, maar aan de wonden herkende. Die nacht besloot ze, ondanks haar belofte aan Martin zelfmoord te plegen, maar misschien ook door die belofte lukte het haar niet over de reling van de brug te klimmen, waar ze vanaf wilde springen. De enige weg terug was naar het hospitaal. Tijdens een lift naar een nieuwe bestemming ontspringt Anna ternauwernood aan de dood. Ze beland in een nieuw hospitaal met gewonde 'Lebensbornkinderen' de stamboek kinderen van het nationaal-socialisme. Zij zouden het 'Herrenras' vormen dat de opgeruimde zigeuners en joden moest vervangen. De kinderen waren verminkt omdat ze gebombardeerd waren door de Amerikanen.
Lotte leerde in de eerste maanden van de oorlog de conservatoriumstudent David de Vries kennen die haar met de piano begeleidde. Ze waren bijna verloofd. Lotte -wilde hem nog even laten wachten voordat ze zekerheid wilde geven. Daarom ging ze niet in op zijn uitnodiging om zaterdag 22 februari 1941 samen door te brengen. Die zaterdag werd hij door de Duitsers opgepakt in een nachtgelegenheid in de Amsterdamse jodenbuurt waar hij muziek maakte met een aantal vrienden. Hij was afgevoerd naar Buchenwald en later naar Mauthausen. Uit de postkaart die de familie van hem ontving, bleek dat hij besefte snel dood te zullen gaan. Lotte werd verteerd door schuldgevoelens. Als zij de afspraak op zaterdag niet om een, achteraf, onzinnige reden had afgezegd, zou David zich niet op het verkeerde moment op de verkeerde plek hebben bevonden. Zingen kon Lotte niet meer. Haar zanglerares stuurde haar naar huis met de raad eerst maar eens tot zichzelf te komen.
De familie Frinkel (vader, moeder en Bram (18, vriend van Koen)) komt onderduiken bij de familie van Lotte. Ook Leon Stein, een vriend van de Frinkels, komt bij hen. Ruben Meyer wordt door de kapper van Lotte's vader bij hen gebracht. Later komt zijn moeder daar nog bij. Ook Theo de Zwaan en Ernst Goudriaan, twee kennissen van haar vader, voegen zich bij de onderduikers, om de arbeidsinzet in de Duitse industrie te ontkomen. Dit is de reden waarom Koen voortaan binnen moet blijven. Vader Frinkel en zijn zoon David speelden allebei viool. Doordat Lotte had geweigerd zich aan te melden bij de Kultuurkamer, mocht zij niet meer optreden met haar koor. Lotte kon zo haar (stief)moeder helpen met het steeds groter wordende gezin. Doordat moeder Rockanje moest worden geopereerd kreeg zij extra bonnen om goed aan te sterken van de operatie. De ego?stische vader gebruikte die bonnen echter om er brood en roomboter van te kopen om zelf lekker op te eten en niets tegen de anderen te zeggen. Toen Lotte dit ontdekte eiste zij de nog resterende bonnen op om nog eten voor moeder te kopen. Toen zij dit eiste kwetste haar vader haar heel diep door te zeggen: ?na al die jaren? nog steeds een echte moffin? (blz. 227)
Op een dag kwam Leon Stem in paniek bij het huis vol onderduikers. Hij riep dat er een razzia zou komen. De onderduikers vluchtten de speciaal voor hen gemaakte schuilkast in, op Ernst Goudriaan na. Lotte stond de afwas te doen, zogenaamd bezig met normale huishoudelijke werkzaamheden, toen Ernst plotseling de keuken binnenstapte. Hij vertikte het om opnieuw in de kast te kruipen. Lotte was ervan overtuigd dat hij zich zou overgeven aan de Duitsers die in de verte al te horen waren. Groot was haar verbazing toen zij even later merkte dat de officier zich van de soldaten had afgezonderd in de richting van het oude 'tbc-huisje' van Lotte waar Ernst nu een vioolbouwerwerkplaats had ingericht. Zij zag de beide mannen zich verdiepen in de kwaliteiten van het hout en de lijm. Het geheel werd nog wonderlijker toen de officier in de open lucht een aantal passages uit een concert van Beethoven speelde. Daarna leek hij uit een droom te ontwaken en gaf hij zijn manschappen bevel om in te rukken. Ernst had haar verteld dat zij hem de kracht had gegeven terug te gaan naar zijn werkplaats. Als zij gewoon door kon gaan met de afwas terwijl het gezin het risico liep nog dezelfde dag tegen de muur gezet te worden, dan had hij de kracht om gewoon in zijn werkplaats te blijven. Vanaf die dag bood Lotte geen weerstand meer tegen het gevoel van verliefdheid.
Voor de onderduikers en de gastfamilie werd het leven steeds nijpender. Er was een ernstig voedselgebrek. Lotte maakte met Sara Frinkel een desperate hongertocht richting Deventer. De stad werd net op de avond dat zij er verbleven zwaar gebombardeerd. Zij slaagden er toch in een kinderwagen met graan mee naar huis te krijgen. Er volgden meer van dat soort tochten. Vlak voor het eind van de oorlog trouwde ze met een van de onderduikers, Ernst Goudriaan. Een bruiloft konden zij zich niet veroorloven want alles wat zij bezaten was in levensmiddelen omgezet. De formaliteiten werden zonder een glimp van feestelijkheid afgehandeld door de loco-burgemeester die betrouwbaar was. Uiteindelijk waren de Duitsers nog niet definitief weg en was Ernst een onderduiker.
Deel 3: vrede
De komst van de Amerikanen maakte een eind aan deze oorlog. Het veldhospitaal kwam onder toezicht van de Amerikanen. Anna werd gevangen genomen. Ze moesten hard werken voor heel weinig eten. Een vrouw gaf zichzelf aan een Amerikaan in ruil voor eten. Anna had een vreselijke hekel aan de Amerikanen. Toch accepteerden ze op een middag de chocola die ze werd toegeworpen toen ze bloemen aan het plukken was voor een jarige. Uiteindelijk werden de rodekruiszusters ingezet bij de verpleging van gewonden. Ze hadden nu wel het werk dat bij hen paste, maar nog steeds de status van gevangene. Al snel werden ze overgeplaatst naar een vliegveld bij M?nchen waar de 55-soldaten die de eindstrijd overleefd hadden, op een veld bijeengebracht waren als koeien. Ze lagen daar in weer en wind terwijl de hogere luchtmachtofficieren op feestjes paradeerden als eregevangenen, terwijl de muziek van hun overwinnaars klonk.
Deze gevangenschap duurde gelukkig niet lang. Ze werd in september 1945 weer vrijgelaten. Voorlopig zou ze onderdak zoeken bij de ouders van Ilsa, een ex-collega die in de buurt van de Eifel was geboren. De Eifel, het gebied waar Martin zijn heldhaftige dood was gestorven. Op de boerderij van de oude mensen werkte zij een tijdlang in de modder en de stront zoals ze ook in haar jeugd gewend was geweest. Ze wil niets liever dan Martin opzoeken. Het wordt een moeilijke reis. Op de een of andere manier kan ze hem steeds niet bereiken. Als ze de moed heeft opgegeven krijgt ze weer een baantje in de huishouding. De vrouw bij wie ze in huis is ziet dat ze liever iets anders wil en Anna zegt dat ze bij de kinderbescherming wil. Toen ze bij de opleiding moest vertellen waarom ze hier voor gekozen had vertelde ze dat ze zelf als kind ook veel problemen had gehad. Hierdoor werd ze aangenomen. Dan doet ze een tweede poging om bij Martin te komen. Deze keer lukt het en vindt ze zijn graf. Daar blijkt een meisje er steeds goed voor het graf te hebben gezorgd uit dankbaarheid dat zij net aan de dood ontsnapt is. Anna kreeg van deze vrouw te horen hoe Martin gesneuveld was. Een aantal van Martins manschappen wilde tijdens een tocht namelijk appels in de berm plukken. Hij zij dat het gevaarlijk was maar wilde hun wens toch inwilligen. Hij stopte de vrachtauto waar ze in zaten om een aantal soldaten eruit te laten. Een verdwaalde granaat heeft toen de vrachtauto geraakt een maakte een einde aan het leven van de laatste drie inzittenden.
Als Anna op het Instituut voor Sociaal Werk zit komt tante Martha haar opzoeken. Ze doet net of ze heel veel om Anna geeft, maar in werkelijkheid zit ze weer te liegen over haar tegen de dorpsbewoners. Nu durft Anna er wel iets van te zeggen. Anna rekent nu af met tante Martha. Oom Heinrich kwam in die periode als wrak uit Rusland. Anna heeft nog veel moeite gedaan om de moeken die van haar eigen vader waren terug te krijgen, maar ook dat is gelukt. 'Ze liet niet meer met zich sollen, Anna Grosalie, oorlogsweduwe, Rodekruiszuster, in opleiding tot sociaal werkster bij de kinderbescherming. Het armzalig schepsel dat allang aan tuberculose, kanker of een bombardement bezweken had moeten zijn, liet niet meer met zich sollen. - ze studeerde vakken waarvan tante Martha de naam niet eens kon uitspreken.' (blz. 413)
Anna is nog naar Nederland geweest om met Lotte te praten. Nu is het Lotte die geen contact wil en sprak daarom niet in het Duits met haar. Ernst speelde voor tolk, hoewel Lotte nog wel Duits kon spreken. Ook dit bezoek liep hierdoor uit op een grote teleurstelling, evenals het eerste bezoek. Een andere grote tegenslag voor Anna was dat Martins graf, waar ze juist een steen voor had laten maken, was geruimd. Martins gebeente was in een anoniem soldatengraf bijgezet.
Lotte beleefde de komst van de geallieerde en zag hoe de Duitsers werden afgevoerd. Zij zag de Amerikanen als de grote bevrijders die nu een gezicht kregen. Ze zag hoe afgezwakt de Duitsers weggingen. Ze zagen er zielig uit, maar ze had een grote haat tegen alles wat Duits was. De onderduikers gingen uit huis, wat voor grote stilte zorgde. Ze had ook herinneringen aan Ruben, een van de onderduikers die naar zijn ouderlijk huis was teruggegaan voordat dat echt veilig was, en die bij de buren werd geconfronteerd met vijandigheid en teleurstelling omdat nu de in bewaring gegeven kostbaarheden ter discussie zouden komen te staan. Hierdoor kwam moeder Rockanje in het ziekenhuis terecht. De opgekropte spanningen van al die jaren eiste hun tol. Ernst en Lotte gingen in den Haag wonen waar Ernst zijn werk had. Hij ging hier totaal in op. Met Lotte gaat het niet zo goed. Nu ze op zichzelf woont verveelt ze zich. Ze weet niet meer wat ze moet doen om de tijd door te komen. Haar zangstem was inmiddels verdwenen. Lotte leefde in feite alleen voor haar kinderen.
Na een van de vele etentjes met verhalen over dood ruzies en begrafenissen eindigen de gesprekken tussen de tweeling. De zussen gaan naar hun eigen kamer met de veronderstelling elkaar de volgende dag wee te spreken. Lotte neemt zoals normaal in het Terminaal Instituut haar modderbad, maar nu wordt ze gewaarschuwd dat haar vriendin is overleden aan een hartaanval. Een medewerkster van het instituut vraagt aan Lotte of ze weet of de vrouw familie had. ?U was tenslotte haar vriendin? ?Nee?? zei Lotte ?Ik ben?ze is mijn zuster?
Onderzoek van verhaaltechniek
De schrijfstijl is vrij sober. Het woordgebruik is niet ingewikkeld, er zit alleen vrij veel Duits doorheen. Dit geeft alles wel een bepaald accent aan het boek. Ze komen tenslotte allebei uit Duitsland. De zinnen zijn soms lang en soms kort. Er zitten veel dialogen in. Tessa de Loo wordt nog al eens ?beschuldigd? van slecht taalgebruik en hantering van een verkeerde stijl. Veel critici vinden dat de Nederlandse taal voor haar een soort ijsbaan is, waarop zij voortdurend pijnlijk onderuit gaat. Anderen, net als de meeste lezers, vinden dat haar boeken vlot en helder lezen. Het verhaal vindt plaats in een kuuroord in Spa. Daar vertellen Anna en Lotte elkaar hun levens verhaal. Lotte?s ervaringen spelen zich in een beperkte ruimte af (als zesjarige komt zij terecht bij een familie die in het bos woont).
Anna?s ervaringen spelen zich in een grotere ruimte af; vanuit de stad Keulen komt zij op het platteland terecht. De familie Von Garlitz stelt haar in staat om in Duitsland en naar Oostenrijk te reizen. De tijd waarin het verhaal speelt is vanaf het interbellum totdat de oorlog voorbij is. Dit is de tijd die in de flashbacks voorkomt. Je zou ook de tijd dat de dames elkaar het verhaal vertellen er nog bij kunnen trekken. Dit is in de jaren ?80 of ?90. De flashbacks zijn heel functioneel in dit boek omdat zodra de een wat verteld de ander verteld hoe het bij haar was. Ze kijken nu terug op een periode waar ze zelf niet tevreden mee zijn en dat nemen ze de ander kwalijk.
De verhaalfiguren hebben een verschillend karakter.
Lotte is bijna 76 jaar oud. Ze lijdt aan artrose en is weduwe. Ze heeft een rustig karakter en is erg nuchter. Ze wil Anna het liefst een beetje op afstand houden. Lotte heeft maar een paar duidelijke karaktertrekken en heeft weinig onvoorspelbaars in zich. Ze is een vlak karakter.
Anna (ook 76 jaar oud) lijdt ook aan artrose en is ook weduwe. Ze heeft een druk karakter en wil altijd haantje de voorste zijn. Ze is intelligent, vastberaden en heeft een goed geheugen. Ze wil Lotte graag leren kennen en haar alles vertellen wat haar dwars zit, zolang het nog kan. Anna is dynamisch en heeft veel verassende kanten. Ze is een rond karakter.
Er komen veel verwikkelingen in voor omdat ze elkaar hun hele leven vertellen. Elke keer komen er nieuwe aspecten bij waar de ander zich weer kwaad om maakt. . De gebeurtenissen worden scenisch verteld. Zowel in de gebeurtenissen die in het verleden zijn gebeurd als in de weergave van de week die de zusters in het kuuroord in Spa doorbrengen, wordt de chronologie aangehouden. In het verhaal komen veel flashbacks voor. Het tijdsperspectief is vision avec.
De schrijfster is de vertelster van het verhaal. Zij identificeert zich wel vaak met Lotte. Het boek gaat over de manier hoe de twee zussen over elkaar denken en om daar een goed beeld van te krijgen als lezer, moet je de gedachten van beiden weten. Het effect van het gebruik van dit perspectief is dus ook dat je precies weet hoe ze zich allebei voelen en wat ze denken.
Op zoek naar de thematiek.
De verhoudingen tussen Nederland en Duitsland zijn het centrale thema. Er is veel aandacht voor het lot van de Duitse bevolking v??r, tijdens en n? het verliezen van de oorlog. Het is niet gebruikelijk in de Nederlandse literatuur om de Duitse kijk op het verleden te laten zien. In sommige gevallen lijkt het zelfs taboe. Sommige critici beweren dan ook dat dit een pro-Duitse roman is.
Waarschijnlijk wil de schrijfster bereiken dat er een verzoening tussen Nederland en Duitsland komt, net als dat ze een verzoening wilde bereiken tussen Anna en Lotte.
In het verhaal keert telkens terug dat Anna en Lotte het niet met elkaar eens zijn. Ze bereiken elkaar niet echt. Als Anna dan op een dag sterft is het definitief onmogelijk geworden. De roman stelt het onbegrip centraal, de onwil tot begrip en vergeving. Lotte en Nederland, zo stelt de schrijfster, hebben nooit begrip kunnen opbrengen voor het wedervaren van de gewone Duitsers in de oorlog.
Tussen titel en thema is niet zoveel verband. De tweeling wijst naar de personen Anna en Lotte, want die zijn een tweeling. Het boek gaat dus over Anna en Lotte. Als je de titel leest kan het nog over van alles gaan. Het laat niets van het thema zien. Toch is het absoluut een passende titel.
Plaats in de literatuurgeschiedenis
Het boek is voor het eerst in 1993 gepubliceerd. Ik heb de 43e druk van 2000 gelezen. Het blijkt dus wel dat het een veel verkocht boek is.
Het boek is geschreven door Tessa de Loo, het pseudoniem van Johanna Martina Duyvene de Wit.
Beoordeling
Het boek was niet zo spannend wat ik erg jammer vond. Een heel duidelijk voorbeeld was toen Lotte onder het ijs raakte. Je wist al, ondanks dat ze een halfuur onder het ijs was, ze het zou overleven, want ze is nu samen met haar zus. Ook weet ze niet op andere manieren spanning aan te brengen. Het lijkt of het niet naar een climax gaat.
Toch vond ik het een heel mooi boek. Als ik een mooie passage moest kiezen, zou ik het niet weten. Ik vond er een aantal mooi. Die zal ik kort noemen.
Als er een razzia komt gaan alle onderduikers naar de schuilplaats, maar Ernst wil dat niet. Hij laat zelfs de Duitsers op zijn viool spelen. Later zegt Ernst tegen Lotte dat zij hem de kracht had gegeven terug te gaan naar zijn werkplaats. Als zij gewoon door kon gaan met de afwas terwijl het gezin het risico liep nog dezelfde dag tegen de muur gezet te worden, dan had hij de kracht om gewoon in zijn werkplaats te blijven.
Ook vond ik het heel mooi dat Anna op een gegeven moment een warm bad voor haar werkgeefster moet verzorgen, maar als er een moeder met een kindje aan de deur komt laat ze hen binnen. Anna moet denken aan het kerstverhaal. Er was ook geen plaats voor Maria en haar kindje. Anna maakt wel plaats, terwijl zijzelf vroeger nooit een liefdevolle plaats had. Haar werkgeefster is kwaad, maar Anna heeft hier een voldaan gevoel over. Tenslotte vind ik het slot heel mooi. Elke keer is het Lotte die afstand houd, maar op het laatst zegt ze overduidelijk dat het haar zuster betreft die zojuist gestorven is.
Het was een heel aangrijpend boek. Ik had medelijden met wat de Duitsers allemaal meegemaakt hadden. Er wordt vaak alleen gekeken naar wat ze ons aangedaan hebben, maar veel Duitsers hebben dit niet gewild. Het beschrijven vanuit twee perspectieven maakt het boek heel realistisch. Je hebt nu het idee dat ze van beide partijen hun zegje kunnen doen. Hierdoor vond ik het erg mooi. Ik had nog nooit een boek gelezen waarin plaats was voor een perspectief vanaf de Duitse kant. Hierdoor had het verhaal een diepere intentie. Prachtig gewoon. Hierdoor is het boek eigenlijk niet met andere boeken te vergelijken. Ik had nog nooit een boek vanuit Duits oogpunt gelezen. Ik ben zelfs helemaal geen oorlogsboeken liefhebber, maar dit boek was zeker de moeite waard.
Het boek zit structureel ook heel goed in elkaar. Ze vertellen allebei op chronologische volgorde. Soms komt er een flashback boven op een andere flashback, maar dat maakt het verhaal niet onoverzichtelijk.
Het thema lijkt op het eerste gezicht ouderwets (wat hebben wij 50 jaar na de oorlog er nog mee te maken) maar ik denk dat er nog genoeg mensen met haat tegen de Duitsers leven. Door dit boek te lezen zie je de andere kant. Hierdoor vind ik het thema heel goed uitgewerkt. Juist door dit boek te schrijven accentueert ze nog eens wat iemand als Hitler kan veroorzaken.
Het taalgebruik is eenvoudig. Het leest vrij gemakkelijk. Het is handig als je een beetje Duits kent want dat komt redelijk vaak terug. Een enkele keer zelfs Frans. Hier heb ik maar overheen gelezen, omdat ik absoluut geen Frans spreek.
Mijn eindoordeel over dit boek: fantastisch. Een echte aanrader om voor je lijst (en als je graag leest voor je lol) te lezen. Het is namelijk heel goed voor je zicht op de oorlog en zeker voor onze generatie, omdat wij er toch al zo belabberd weinig vanaf weten.
Lieve Lotte
Hoe is het met jou? Ik ben hier bij opa op een boerderij aan de Lippe. Ik moet hier echt vreselijk wennen. Ik vind het hier nu helemaal niet fijn. Opa zegt dat ik hier zo gewend ben, maar ik wil bij jouw zijn. Samen met jou in bad. Hier mocht ik eerst niet eens in bad. Nu gelukkig wel. Tante Liesl maakt de teil klaar voor me.
Op school zijn de kinderen ook niet aardig tegen mij. Ze vinden dat ik vreemd praat. Jij moet zeker een andere taal leren? Ik heb op school hoge cijfers, maar dat schijnt hier heel raar te zijn. De andere kinderen plagen mij hierom. Pas zat er een briefje op mijn jas met ?Ga weg? erop.
Lieve Lotte, het lijkt wel of je dood bent, net als Vader. Van vader weet ik dat ik hem nooit meer zal zien, maar het lijkt bij jouw hetzelfde. Toen ik een eindje aan het lopen was zag ik een Mariakapelletje. Iemand had er bloemen bijgelegd. Uit woede en onmacht heb ik ze in de Lippe gegooid. Ze gingen met de stroom mee. Ik hoopte richting Holland. Een pioenroos draaide rond en ging onder in een kolk, waar hij naar beneden werd gezogen. Dat zou ik ook wel willen. Zomaar in het niets verdwijnen.
Lieve Lotte, ik hoop dat je terug schrijft.
Heel veel liefs van je zusje Anna
Lieve Anna
Hoe maak jij het? Hier alles wel goed. Ik ben hier bij de familie Rockanje. Moeder Rockanje zorgt erg goed voor mij. Overdag lig ik vaak in een withouten prieeltje wat naar de zon gedraaid kan worden. Moeder Rockanje zit vaak naast mijn bed om me Nederlands te leren. Ook leest ze me voor uit een Duits sprookjesboek. Dat doet ze omdat ik zo de taal niet verleer. Fijn h?? Als we elkaar dan weer zien kunnen we gewoon in het Duits praten. Vader Rockanje lijkt erg op papa.
s? Nachts ben ik vaak bang. Dan zie ik jouw in de klauwen van grootvader. Ik hoor je dan roepen. Ben jij ook wel eens heel bang. Ik mag dan bij moeder Rockanje in bed. Lief h??
Ik hoop dat ik een brief van jouw terug krijg.
Heel veel liefs van je zusje Lotte
Lieve Lotte
Waarom heb je niet terug geschreven? Ik heb het gevoel alsof je dood bent. Gestorven bent aan de ziekte waar je in Holland van zou genezen. Maar waarom zou ik geen bericht gehad hebben?
Toch schrijf ik nog. Want misschien leef je nog. Ik kan je niet vergeten.
Opa is ook al dood. Oom Heinrich heeft een vrouw. Ik mag haar niet. Zij mij ook niet. Sinds zij in huis is moet ik heel veel doen, maar zelf haar handjes laten wapperen doet ze niet. Ze krijgt wel elk jaar een kind. Ik heb het idee of ik in plaats van tante Martha het kind op moet voeden. Elk jaar moet ik voor een kind meer zorgen.
De pastoor en twee onderwijzers zijn bij mij thuis geweest. Ze vroegen oom Heinrich of ik naar het gymnasium mocht. Dat zou ik namelijk heel graag willen. Het mocht niet. Ik ben te hard nodig op de boerderij. Als Martha nu eens wat zou doen, maar dat doet ze toch niet. Ondertussen gaat ze wel ?s zondags naar de mis. Lekker vroom h??
Lieve Lotte ik ga weer stoppen. Ik kijk uit naar een brief van je.
Heel veel liefs je zusje Anna
Lieve Anna
Hoe is het bij jouw? Hier wel goed. Moeder Rockanje is erg lief voor mij. Vader Rockanje minder. Zijn wereld bestaat alleen uit muziek. Elke keer koopt hij nieuwe platen om af te draaien op zijn zelfgebouwde installaties. Ik moet toegeven dat het mooi klinkt, maar van al zijn onnodige aankopen komt hier wel ruzie.
Ik heb het zingen voor mezelf uitgevonden. Moeder zegt dat ik heel mooi kan zingen. Ik vind zingen ook heel fijn. Moeder heeft een piano voor mij gekocht zodat ik mezelf kan begeleiden. Hierdoor kwam weer ruzie omdat vader vond dat het een onnodige uitgave was.
Op een dag kwam de stemmer van mijn piano een gezinsfoto maken. Dat was ook een ellende zeg. Op het laatste moment moesten er nog jurken gestreken en versteld worden voor ons offici?le familie portretje. Vader Rockanje wilde alleen geen ander pak aantrekken. Hij zei dat allen de tsaar en tsarina zich lieten vereeuwigen. Vader had echt weer zo?n sabotage bui om alle leuke dingen die moeder bedacht in de war te schoppen. En ondertussen maar genieten van zijn genomen macht. De rest was ook niet zo vrolijk. Marie wilde het accentueren dat zij het lelijke eendje was. Ze had een hoogsluitende grijze jurk aan en wilde haar bril niet afzetten. Koen wilde geen lange broek aantrekken. Hij had allemaal schrammen op zijn benen en het zou zeker veel mooier geweest zijn. Ik had een hele mooie witte organdiejurk aan met stroken en ruches. Vader bleef weg. Tenslotte is de foto gemaakt zonder vader.
Ik ben ingeschreven op een christelijke school. Er waren geen plaatsen meer op openbare scholen. Eigenlijk vind ik het wel leuk. Ik denk omdat het verboden is. In vergelijking met de bijbel is vaders boek tamme lectuur. Als ik er met klasgenoten over wil praten zijn ze heel onverschillig. Jammer is dat. Bij hen is het meer de blinde onge?nteresseerde acceptatie. Dat snap ik niet.
Ik kreeg van de directeur op mijn kop omdat ik niet mee had gebeden. Hij vond dat raar. Ik zei dat ik niets van de bijbel geloofde. Geloof jij daar wat van? Als God liefde is dan waren wij nu vast nog bij elkaar.
Lieve Anna, waarom schrijf je niet terug? Wanneer zien we elkaar weer?
Heel veel liefs je zusje Lotte
Lieve Lotte
Ik weet dat ik al lang niet meer geschreven heb. Er was weinig tijd. Hoe is het met jouw? Ik maak het nu redelijk goed. Ik ben in Keulen geweest. Wat lijkt 1922 ver weg nu het 1936 is. Alles daar is veranderd. Ik heb een opleiding gedaan voor dienstmeisje bij gegoede families. Hier had pastoor Jacobsmeier voor gezorgd. De tijd die mijn opleiding duurde heb ik in Keulen gewoond.
Pas moest ik mijn voogdijakte tekenen. Heb jij dat ook moeten doen? Ik ben heel stom geweest met het tekenen. Ik had hem niet helemaal gelezen. Achteraf blijkt dat oom Heinrich er elk jaar heeft ingezet dat ik broos en zwakzinnig was. Er kwamen twee mannen nar me toe (zij wisten niet dat ik Anna was over wie ze het hadden). Ze zeiden dat Anna gesteriliseerd moest worden. Ik had geen idee wat dat betekende. Ik werd zo kwaad toen ik het in de voogdijakte zag staan. Ik heb gezegd dat ik die zwakzinnige Anna was. Daar hadden ze niet van terug. Ze hadden opeens haast om weg te komen. Dus een tip voor als je nog moet tekenen: neem er de tijd voor en lees hem helemaal door.
Nu werk ik bij de familie Stolz. Dit is eigenlijk niet echt een succes. Van mevrouw Stolz moet alles fabrieksmatig gebeuren om alles zo effici?nt mogelijk te laten verlopen. Ze heeft van alles uitgerekend hoeveel tijd iets kost. Ik kan werkelijk geen enkel initiatief tonen hier. Het stomme is dat ze me dat nog kwalijk neemt ook. Toen het regende had ik geen tijd om de ramen dicht te doen, want dan zou ik niet klaar komen met de strijk. Ze was kwaad joh! Waarschijnlijk is haar dominantie en perfectionisme alleen een middel om haar zelfvertrouwen te bewaren.
Ben jij trouwens ook ongesteld, of jij ook niet? Ik moest helemaal naar een genecoloog omdat ik niet menstrueerde. Het was omdat het moest van Frau Stolz, maar anders was ik niet gegaan.
Lieve Lotte, ik stop weer. Ik kijk vol verwachting uit naar een brief van jouw. Hij hoeft niet lang te zijn, als ik maar weet dat je nog leeft.
Heel veel liefs je zusje Lotte
Lieve Anna
Ondanks dat onze ontmoeting op een mislukking is uitgelopen, toch wil ik contact blijven houden. Ik weet nu dat je leeft. Als je niets meer met me te maken wilt hebben bedenk dan dat we een bloedband hebben. We zijn bijna tegelijk geboren uit dezelfde moeder. We hebben dezelfde ouders. Dat feit is toch nooit te verdoezelen, lieve Anna?
Hier in Nederland is het oorlog. Het leek wel mee te vallen, maar het is verschrikkelijk. Ik had sinds kort een vriend (David) maar hij is er al niet meer. Opgepakt door Duitsers en naar een kamp gebracht. Alleen om het simpele feit dat hij een jood is.
Ik kan even niet meer schrijven. Misschien gaat het een andere keer weer beter.
Ik hoop dat je me terug schrijft.
Heel veel liefs je zusje Lotte.
Lieve Lotte
Ik heb er spijt van je zo behandeld te hebben. De terugkerende stilte was niet te verdragen. Ik zou het graag overdoen, maar dan anders.
Ik ben een poosje geleden in het Casino geweest. Het is veranderd. Toch zijn er nog veel dingen herkenbaar. Ik heb er een vriend leren kennen. Martin heet hij. De vriendschap met hen is serieus geworden. Na een poosje kreeg ik een telegram van hem om naar wenen te komen. Hij wilde trouwen. Het kon helaas niet doorgaan. Hij was met illegaal verlof en dat zou uitkomen als we gingen trouwen. Ik baalde hier vreselijk van. Gelukkig hebben we toch nog een goede tijd samen gehad.
Ik ben weer terug gegaan om te werken. Ik bleef heen en weer hobbelen door de oorlogsdreiging. Ik vond het niet erg. Zo kon ik de tijd doden. Lieve Anna, ik stop weer. Ik hoop dat de oorlog snel voorbij is en wacht op een brief van je.
Heel veel liefs van je zusje Anna
Lieve Anna
Wij hebben onderduikers in huis. Ik moet het even aan iemand kwijt want zoiets kun je niet voor iedereen voor je houden. Het zijn voornamelijk Joden. Waarom zouden het untermenschen zijn? Zijn ze minder mens dan jij en ik?
De eerste razzia was doodeng. Gelukkig had Koen van de Duitsers gehoord wanneer die plaats zou vinden. Een gezin kon gelukkig ergens anders onder gebracht worden.
Het bleef niet bij de Familie Frinkel. Er kwamen er steeds meer. Ik ben nog een keer op pad geweest familie van een onderduiker op te halen. Toch zijn er nog 3 van hen opgepakt. Het was een verschrikkelijke periode.
Moeder werd ook nog ziek. Ze kreeg gelukkig wel extra bonnen, maar die had vader in beslag genomen, de schoft. Gelukkig is het laatste beetje wel bij moeder terechtgekomen.
Lieve Anna, misschien komen er nu voorlopig geen brieven meer. Volgens Koen is het gevaarlijk. Ook brieven kunnen onderschept worden. Je blijft in mijn gedachten bij mij.
Heel veel liefs je zusje Lotte
Lieve Lotte
Ik heb lang niet geschreven. Ik zal beknopt verslag doen, van wat er hier is gebeurd. Ik ben getrouwd met Martin en inmiddels ook alweer oorlogsweduwe.
Om mijn leven toch nog zin te laten hebben ben ik in een lazaret gaan werken. Dat was een idee van Martin. Wat ik daar allemaal heb meegemaakt is met geen pen te beschrijven. Daarom doe ik het ook maar niet.
Nadat ik in een aantal lazaretten gewerkt had werd ons laatste lazaret door de Amerikanen in beslag genomen. Ik ben nog een poosje hun gevangene geweest maar dat heeft niet lang geduurd. Na de oorlog kwam ik bij een andere familie. Frau Schmidt vroeg me wat ik in de toekomst wilde gaan doen. Ik bedacht me terplekke dat ik wel bij de kinderbescherming wilde. Er volgde een studie. In die periode heb ik voorgoed afgerekend met tante Martha. Toch wilde ik voor ik de studie begon opzoek gaan naar Martins graf. Ik had er veel van verwacht maar toen ik 3 amateuristische kruisjes zag volgde mijn ontnuchtering. Van een andere vrouw hoorde ik hoe hij gestorven is. Precies zoals hij was, omdat hij graag iets voor andere over had en hen een pleziertje gunde.
De oorlog heeft vreselijk veel met mij gedaan. Ik vraag me af wie er meer last van had, jij of ik. Niet alle Duitsers zijn slecht. Martin was een hele goede. Lieve Lotte, ik hoop dat ik nog een brief van je krijg.
Heel veel liefs van je zusje Anna
Lieve Anna
Ik ben getrouwd met een onderduiker. Er is veel gebeurd, maar ik wil vooruit kijken. We zijn getrouwd om leegtes op te vullen. Natuurlijk houden we ook van elkaar. Het huwelijk heeft in alle soberheid plaats gevonden, omdat hij nog steeds de status van onderduiker had. Ons huwelijk is voltrokken door de loco-burgemeester omdat hij te vertrouwen was. Achteraf aten we roggekoekjes met jenever -de laatste fles.
Gelukkig duurde de bevrijding niet zo lang meer. Eerst kwamen er Canadezen en Amerikanen, vervolgens gingen de Duitsers weg. Compleet uitgeput. Onze onderduikers waren niet meer te houden, terwijl het nog best gevaarlijk kon zijn. We leefden met zijn allen in een roes. Moeder kreeg een ernstige zenuwinzinking. De oorlog is gelukkig voorbij. Lieve Anna, we moeten vooruit kijken, jij en ik.
Heel veel liefs van je zusje Lotte
Auteur
Het boek is geschreven door Tessa de Loo, het pseudoniem van Johanna Martina Duyvene de Wit. Tineke is geboren op 15 oktober 1946 in Bussum en oudste van een gezin van drie kinderen. Ze krijgt een athe?stische opvoeding. Al op haar vijftiende jaar schrijft ze verhalen Ze volgde eerst het gymnasium en vervolgens de HBS. Vervolgens kwam ze door haar goede resultaten op het Maaslandcollege terecht. Eigenlijk wilde Tineke nu de kunstacademie gaan doen maar dat vinden haar ouders niet zo?n goed idee. Ze volgt daarom in Utrecht de MO-Nederlands; deze opleiding maakt ze echter niet af. Als ze twintig is trouwt ze met een bouwkundige, van wie ze later weer scheidt en in 1971 wordt haar zoon Joris geboren. Tineke heeft nog een tijdje voor de klas gestaan als lerares Nederlands. Haar eerste twee verhalen die ze publiceerde kwamen uit onder haar eigen naam in 1979 in Vrij Nedrland en Opzij. In 1983 komen haar verhalen ?De muziekles? en ?Meisjes van de suikerwerkfabriek? in het literaire tijdschrift ?Maatstaf?. Voor deze verhalen gebruikte ze het pseudoniem Tessa de Loo. Dit pseudoniem is afgeleid van Texel, waar ze gewoond heeft, en van haar grootmoeder die van Loo heette.
In november 1983 verscheen de Loos debuutbundel ?De meisjes van de suikerwerkfabriek?. In 1987 verscheen haar tweede boek, de roman Meander De roman beschrijft de ondergang van een alternatieven gemeenschap onder leiding van een valse profeet in Zeeland. Tessa de Loo schreef in 1987 het boekenweek geschenk. Ze schreef een novelle over de onmogelijke liefde tussen een docente Frans en haar achttien jaar jongere leerling. Twee jaar later verscheen een meer thrillerachtig boek, Isabelle, wat gaat over een ontvoeringzaak. De tegenstelling tussen mooi en lelijk, macht en onmacht is hierin het thema. In 1993 verscheen een heel succesvolle roman: de tweeling. Dit boek werd bekroond met de Trouw Publieksprijs 1994 en de Duitse Otto vor der Gablenzprijs. Het boek is echt al heel vaak herdrukt. In 1995 verscheen de Loos laatste boek, Alle verhalen tot morgen.
Het boek bij de moderne literatuur. De Loo heeft meer boeken over de oorlog geschreven. Er zijn ook meer boeken van haar waar psychologische aspecten inzitten.
Titel
De tweeling, De arbeiderspers, Amsterdam, 2000, 428 blz. (eerste druk 1993)
Titelverklaring: Dit is vrij logisch. Het hele verhaal draait oom een tweeling.
Genre
De tweeling is een roman. De subgenres zijn:
- Monumentale, oorlogsroman (het gaat over de tweede wereldoorlog.
- Psychologische roman (Anna en Lotte vertellen elkaar hun eigen levensverhaal. Het lijkt ??n grote vergeefse poging om boven vijandschap en wantrouwen uit te stijgen).
Eerste reactie
Keuze
Ik heb dit boek gekozen omdat ik van anderen gehoord had dat het heel mooi moest zijn. Ik heb al veel boeken gelezen (niet voor mijn lijst) maar van deze schrijfster had ik nog nooit wat gelezen en vond ik dat ik dat wel voor mijn lijst kon doen.
Inhoud
Het is werkelijk een prachtig boek. Ze weet op een goede manier de oorlog vanuit twee perspectieven te beschrijven. Zij laat ook heel duidelijk zien hoe de oorlog voor de Duitsers was en wat er met twee mensen gebeurt wanner ze uit twee landen komen die in haat jegens elkaar leven. Een groot nadeel van dit boek vind ik dat er niet veel spanning inzit. Normaal lees ik tot diep in de nacht door, maar dit boek kon ik gemakkelijk opzij leggen. Toch weegt dit minpuntje niet op tegen het ongelofelijk goede verhaal.
Verdieping
Samenvatting
Het verhaal gaat over twee Duitse tweelingzusjes, Anna en Lotte. Door de dood van beide ouders worden ze op zesjarige leeftijd uit elkaar gehaald. Omdat Lotte tbc heeft wordt zij door een oudtante mee naar Nederland genomen en bij haar zoon ondergebracht. Omdat Anna niet ziek is blijft zij in Duitsland. Zij hoeft namelijk niet aan te sterken en kan daarom meegenomen worden naar de boerderij van haar opa waar hij woont met zijn zoon. Als bij toeval vinden ze elkaar, na een levenslange verwijdering terug in Spa in een kuuroord. Lotte is hier voor een keur tegen haar artrose. Anna blijkt deze ziekte ook te hebben. Een familiekwaal dus. Hier, in het kuuroord, vertellen ze elkaars levensverhaal.
Deel 1: interbellum
Tijdens de middagrust wordt Lotte Goudriaan wakker van een vrouw van haar eigen leeftijd die net als zij artrose heeft. Ze ergert zich aan de vrouw omdat ze luidruchtig is, maar ook omdat het een Duitse is. De vrouw vroeg in haar moeizame schoolfrans of ze het mineraalwater mocht gebruiken. Zou Lotte in het Frans geantwoord hebben, dan zou deze hele geschiedenis niet verder kunnen gaan, maar ze antwoordt in het Duits en het komt tot een nadere kennismaking. Lotte legde uit hoe het kwam dat zij, als Nederlandse, zo goed Duits kon spreken. Lotte vertelde dat zij een van oorsprong Duitse was maar dat zij op zesjarige leeftijd naar Duitsland was vertrokken. Haar enige herinnering aan Keulen was het casino van haar vader. De Duitse vrouw vloog maar haar toe en omhelsde haar. Lotte die geen zin had in een omhelzing met deze onbekende vrouw hoorde haar nog zeggen dat zij Anna was, haar tweelingzus. Anna reageert heel enthousiast maar Lotte is heel gereserveerd en reageert met verwijten naar de Duitsers die in de oorlog zes miljoen Joden vermoord hebben en de wereld in een oorlog hebben gedompeld. Anna reageert hierop door te vertellen over de economische crisis in het interbellum en zegt dat Lotte ook een van oorsprong Duitse is.
Onder het genot van een kopje koffie uit de automaat vroeg Anna of Lotte zich ook nog de leeuwenpootjes onder het bed herinnerde. Lotte echter dacht terug aan het badritueel met haar Hollandse vader. Zij was met haar tante Elizabeth meegegaan naar Nederland omdat zij, evenals haar vader tbc had. Ze werd ondergebracht bij de familie Rockanje. Vader Rockanje, zoon van Elizabeth, had een moeilijk karakter. Hij hield van klassieke muziek en was aanhanger van het communisme. Die muziek ging vaders hele leven bezitten. Dag en nacht was hij bezig met muziek en hij bouwde zelf installaties met perfecte muziekkwaliteit. Muziek was in dit gezin ook vaak een bron van ruzie omdat vader nieuwe platen bestelde en de rekeningen werden opgestuurd naar huis, terwijl er eigenlijk niet veel geld was. Ook deed hij zijn werk niet meer goed, waar zijn vrouw tenslotte voor op kon draaien. In de periode dat ze moest genezen van de tbc schreef ze heel veel brieven naar Anna, maar Anna kreeg ze nooit in handen. Nadat ze was genezen van de tbc groeide ze op als Nederlands meisje. Tijdens een oer-Hollandse ijswinter kwam ze tijdens de ijspret onder het ijs terecht. Ze was er slecht aan toe, maar na een moeizame reanimatie kwam ze weer tot leven. Sindsdien kon Lotte niet goed meer praten. Zingen ging haar echter beter af, maar dit belette haar vader haar door thuis continue grammofoonplaten te draaien. Ze maakte naar Anna het verwijt dat haar dirigent die Joods was, was afgevoerd, maar Anna reageerde hierop door te zeggen dat ze beide op dezelfde knie hadden gezeten en dat Lotte net aan de cultuur was ontkomen maar dat zij er middenin had gezeten. Ook tegenover de rest van zijn gezin gedroeg vader Rockanje zich erg tiranniek. Als gevolg van een ongeluk leeft hij geruime tijd op het randje van de dood. Door het doorzettingsvermogen van moeder is hij min of meer blijven leven. De weekeindarts heeft met een lange injectienaald medicijnen als wanhoopsdaad in zijn hart leeggespoten. Hij herstelde in de tijd van de internationale spanningen. Tijdens zijn ziekte kwamen al zijn vrienden hen nauwelijks meer opzoeken. Na zijn ziekte wilde hij in het centrum van ieders aandacht staan, vooral die van moeder. Hij liet duidelijk merken een grote hekel te hebben aan de Duitsers. Lotte trok zich dit aan omdat ze bedacht dat zij ook een Duitse was van oorsprong. Lotte ging op een christelijke school omdat er op de openbare school geen plaats meer voor haar was. De bijbel trok haar erg aan omdat het verboden was. Het was voor haar een boek met het predikaat boven de achttien. Hoewel het christendom haar aantrok weigerde ze op school mee te bidden, wat zorgde voor onenigheid met de directie. Lotte wilde Anna in Duitsland gaan zoeken, maar het uitbreken van een oorlog verhinderde eerst dit plan. Anna ging naar haar grootvader op een boerderij aan de Lippe. Grootvader wilde Lotte er niet bij omdat zij ziek was en dus duur en niet geschikt als werkkracht. Op de boerderij waren ook oom Heinrich die liever las dan werkte en tante Liesl die werkte als een paard. Op school voelde ze zich alleen omdat ze gewantrouwd werd door de leerlingen om haar stadse manieren. Ze voelde zich eenzaam en verlangde hevig naar haar zus. Maar als dood zijn betekende dat iemand voortdurend afwezig was, dan was Lotte dood. Ook moest ze naar de Rooms-katholieke kerk, waar Jacobsmeier pastoor was. Na enkele jaren stierf grootvader en tante Liesl ging naar het klooster. Anna had zich inmiddels aangepast en dacht dat Lotte haar vergeten was omdat ze niets meer van haar hoorde. Oom Heinrich trouwde met Martha. Het was min of meer een huwelijk uit balorigheid. Trouwen met zijn echte uitverkorene was onmogelijk gebleken in verband met ongeschreven wetten over aantallen hectares en de omvang van de veestapel. Martha was erg lui en bracht achterelkaar kinderen op de wereld. Hierdoor moest Anna al het werk opknappen zodat ze niet naar het gymnasium kon. Martha zag Anna als een parasiet terwijl ze wel wezenrente voor haar kreeg. Toen Anna last kreeg van chronische verkoudheid wilde Martha niet voor hoestdrank zorgen, omdat ze toch wel vroeg dood zou gaan of aan borstkanker zoals haar moeder of aan tbc zoals haar vader. Tenslotte zorgde Jacobsmeier voor hoestdrank. Van Bemd M?ller hoorde zij voor het eerst van Hitler. Heinrich was boos geweest toen zij hem vertelde over de man die Bemd zo bewonderde. Alleen domme mensen liepen achter die belachelijke figuur aan. Ze mocht Bemd niet meer zien, maar deed dat wel. De werktuigbouwer wilde voor haar een huis bouwen en haar als ze achttien was als zijn vrouw over de drempel dragen. Anna kreeg pas weerzin tegen Bemd toen zij hem in een bruin uniform ontmoette achter de Mariakapel bij de brug. Hij wilde haar omhelzen, maar ze stootte hem af en vluchtte naar huis. Helaas was het incident gezien en aan oom Heinrich verraden. Het gevolg hiervan was dat hij Anna vreselijk mishandelde. Ze kreeg hierna vreselijke buikpijn en de dokter constateerde dat haar baarmoeder gedraaid lag. Pastoor Jacobsmeier zag dat deze situatie niet houdbaar was en zorgde ervoor dat ze uit huis in een klooster geplaatst kon worden, waar ze op krachten kon komen. In het dorp bij het klooster zag Anna voor het eerst een vlag met een hakenkruis. Ze wist intussen waar Hitler voor stond, maar in de beslotenheid van het klooster waren de verkiezingen haar voorbijgegaan. Ze had graag de vlag weg willen halen, maar de abdis zei haar dat al zou ze de vlag weghalen, ze nog niet weg kon halen waar de vlag voor stond. Nadat ze was aangesterkt ging ze terug naar het dorp. Hier was in de periode dat ze weg was veel veranderd. Veel dorpelingen waren lid van de Sa en veel klasgenootjes waren bij de Hitlerjugend of bij de Mund Deutsche M?del. Jacobsmeier raadde haar aan om ook bij de BDM te gaan. Zo kon zij voorkomen dat het helemaal een naziclub zou worden. Ze wist inderdaad tweespalt te zaaien zodat de groep zich op moest heffen.
Kort hierna zorgde Jacobsmeier dat ze in Keulen een opleiding tot dienstmeisje voor beter standen te volgen. Ze logeerde bij een neef van oom Heinrich die chef van de onderhoudsploeg in een ziekenhuis was. Martha had er grote moeite mee haar onbetaalde kracht te laten gaan. Anna moest een verklaring ondertekenen over het voogdijschap van haar oom over haar toen ze eenentwintig was en dus meerderjarig. Ze heeft de verklaring getekend zonder het stuk te lezen, terwijl in het stuk stond dat haar oom elk jaar weer had verklaard dat ze krankzinnig was. Dit had hij gedaan omdat hij ze op deze manier op de boerderij kon houden om haar mee te laten helpen. Door deze verklaring kwam er een procedure op gang haar te laten steriliseren, zodat ze geen zwakzinnigen ter wereld zou brengen. Dit paste namelijk niet in het plaatje van het derde rijk. Anna was echter al onvruchtbaar geworden door de mishandelingen van haar oom. Kordaat optreden van Anna voorkwam de sterilisatie. Anna was inmiddels in dienst van de familie Stolz. Mevrouw Stolz had dwangmatige regelmaat ingesteld. Elke vorm van initiatief werd de kop ingedrukt. Dit kon Anna niet verdragen, waardoor ze ontslag nam. Ze kwam nu in dienst bij een adellijke familie die in de buurt van Keulen een groot huis met veel personeel bezat. Een zekere gravin Charlotte von Garlitz Dublow reageerde op haar sollicitatiebrief met een persoonlijk bezoek aan het huis van oom en tante Vicky. Ze werd ter plekke aangenomen toen zij kon bevestigen de dochter van Johannes Bamberg te zijn. In heet verleden had haar vader de vader van de gravin grote diensten bewezen. Anna?s leventje hier begon rustig en in alle luxe als kamermeisje van Gr?fin von Folkenau. Ze bracht in dit huis veel tijd door in de bibliotheek, iets wat ze altijd al graag deed.
Deel 2: oorlog
Als de oorlog uitbreekt wil Lotte toch naar Anna. Lotte achterhaalt Anna?s adres via tante Elizabeth. Ondanks de oorlog kreeg Lotte toch een visum om eind 1939 naar Keulen te gaan om met Anna de jaarwisseling te vieren. De ontmoeting waar Lotte heel veel van had verwacht werd een grote desillusie. Anna heeft totaal geen aandacht voor haar. Ze heeft het veel te druk met het feest dat Frau von Garlitz organiseert voor oud en nieuw. Ook wil Anna niet toegeven dat er bezoek voor haar is. Lotte zag vol verbazing hoe een stel Duitse officieren at en dronk en aan het eind van de maaltijd niet schroomde om met pistolen te schieten op een wit badlaken dat over een laaghangende tak hing. Zo kreeg de vijand een gezicht en het was geen vriendelijk gezicht. Teleurgesteld gaat Lotte naar huis.
Anna bleef achter met zelfverwijt omdat ze haar tweelingzus zo koel en afstandelijk had behandeld. Waarschijnlijk kwam het omdat Lotte op vader leek en in niets meer op het zesjarige meisje dat ze was toen ze gescheiden werden.
Als Anna met een ander dienstmeisje, Hannelore, naar een bal in het casino gaat, ontmoet ze Martin Grosalie, een Oostenrijkse soldaat. Er ontstond een verhouding die zich uitte in het schrijven van wederzijdse brieven. Dit kwam omdat Martin telkens op een ander front werd geplaatst. Frau von Garlitz vlucht definitief naar het landgoed van haar ouders in Brandenburg. Ook Anna wordt op een gegeven moment daarheen gehaald. Martin vertrekt naar Rusland. Anna krijgt nog regelmatig brieven van hem, waarin hij slechts landschap ed. beschrijft. Hij praat niet over de oorlog. Toen hij tussen door een keer met verlof naar Anna toekwam schrok ze een beetje van zijn fysieke verschijning die voor haar op papier een eigen leven was gaan leiden. Eind oktober 1941 had Martin verlof en hij stelde Anna voor om te trouwen, wat niet door kon gaan omdat hij eigenlijk illegaal met verlof was. De trouwerij zou geregistreerd worden en dan zou uitkomen dat hij in Rusland hoorde te zitten. Toch hadden ze een goede tijd samen. Anna maakte kennis met de moeder van Martin die een beetje gestoord was. Zij probeerde ervoor te zorgen dat het huwelijk niet door kon gaan. Ze noemde alle nadelen van het huwelijk en haalde bovendien Martins spaarrekening leeg. Ook maakte ze kennis met zijn vader.
De Familie von Garlitz verhuist naar een ander landhuis in de buurt van Berlijn, waar Anna de leiding kreeg over de huishouding, waar het personeel bestond uit Russische en Poolse krijgsgevangenen. Het lukt haar om de huishouding weer op de rails te krijgen. Omdat de krijgsgevangenen het niet makkelijk hadden probeert Anna ze op bepaalde punten tegemoet te komen. Anna leeft van brief tot brief en hoopt dat Martin snel terugkomt. Een jaar later heeft Martin opnieuw verlof en nu kan het huwelijk in Wenen alsnog doorgaan. Martins moeder is er niet bij. Een keer zagen ze in het oude centrum, in de M?lker Bastei een grote groep mensen met een gele ster op hun jas. Ze liepen langzaam de versleten trappen af. Martin verstarde. Anna had hem meegetrokken en toegevoegd dat hij niet moest kijken. 'De hele dag verweet ze het de stoet op hun weg te zijn verschenen, als een sombere vingerwijzing.' (blz. 249)
Terug op het slot, na een afscheid van Martin waarvoor geen vorm te vinden was geweest, maakte Anna mee dat een Russische krijgsgevangene in de rug werd doodgeschoten door een Duitse officier. Zogenaamd tijdens de vlucht! Drie weken lang zijn ze samen en dan moet Martin terug naar Rusland. Niet lang hierna wordt Martin in de buurt van Berlijn gedetacheerd. Hierdoor konden ze elkaar bijna elk weekend zien. Hij kreeg nog een keer verlof om naar Wenen te gaan omdat hij een officierscursus had gevolgd.
Het vliegtuig van Herr von Garlitz stort neer. Frau von Garlitz ontvangt nog wel vroegere collega's van haar man, die een moordslag op Hitler beramen. Anna weet hier door toeval al van tevoren van. Ze wil het openbaar brengen, maar Martin wil dat ze het verzwijgt. Deze aanslag mislukt. De aanslag op Hitler werd op de radio gemeld. Frau von Garlitz riep uit: 'Gott sei dank! Das Schwein ist tot.' Maar dat bleek een misrekening. Gelukkig had geen van de ingekwartierde vluchtelingen haar uitroep opgevangen. Nog op de dag van de aanslag vonden de daders een verschrikkelijke dood. De meeste werden opgehangen aan vleeshaken.
Martin, die inmiddels in de Waffen-SS zit, vraagt Anna in een brief ontslag te nemen en naar Wenen te gaan, omdat dat veiliger voor haar zal zijn, want de Russen naderen Pruisen inmiddels. Eerst denkt Anna dat het niet nodig is omdat ze de Russen goed behandeld heeft. Toch lijkt het haar wijzer om Martins raad op te volgen. Anna neemt met verdriet afscheid van de familie voor wie ze vijf jaar heeft gewerkt.
Van Wenen was het niet ver naar Neurenberg, waar Martin gelegerd was. Eerst bracht zijn vader hem een bezoek en die overtuigde haar dat hij het goed naar zijn zin had bij de SS. Maar hij realiseerde zich permanent dat zijn geluk plotseling op kon zijn. Het paar sprak over haar leven na zijn dood. Hij liet Anna beloven geen zelfmoord te plegen. Het beste kon zij dan als verpleegster gaan werken in een militair hospitaal. Toen Anna wegreed in de trein richting Wenen was het weer in een stralend contrast met haar stemming. Op een dag kwam er met de post een pakketje mee waarin de compagniechef haar op de hoogte stelde van de heldhaftige dood van haar man.Hierop volgde een periode van intense rouw. Ze was kwaad waarom het haar man betrof, maar zat ook urenlang met het portret van Martin op haar knie?n te wiegen. Na een periode dat ze erg depressief was hielp de sociale dienst van de SS haar er weer een beetje bovenop en zorgde dat ze werk kreeg in een veldlazaret, zonder dat ze hier een diploma voor had. Ze maakte in het lazaret indringender dan ooit kennis met de realiteit van de oorlog toen zij per ongeluk een zaal betrad waar soldaten lagen die al hun ledematen waren kwijtgeraakt. In de laatste weken van de oorlog werden de pati?nten verplaatst naar Linz, waar in een seminarie een noodhospitaal was ingericht. Anna was een van de weinige begeleiders van de vele gewonde soldaten. Aan slaap kwam ze zelden toe, tot ??n van de oudere officieren haar dwong om rust te nemen. Voor Anna werd het steeds moeilijker haar werk te doen tussen alle verminkte soldaten. Opeen gegeven moment waren in het hospitaal alleen nog de soldaten die niet konden vluchten. De rest, inclusief verpleegsters, was gevlucht. Op een nacht was ze nog met twaalf soldaten in het hospitaal die ze niet meer aan hun gezicht, maar aan de wonden herkende. Die nacht besloot ze, ondanks haar belofte aan Martin zelfmoord te plegen, maar misschien ook door die belofte lukte het haar niet over de reling van de brug te klimmen, waar ze vanaf wilde springen. De enige weg terug was naar het hospitaal. Tijdens een lift naar een nieuwe bestemming ontspringt Anna ternauwernood aan de dood. Ze beland in een nieuw hospitaal met gewonde 'Lebensbornkinderen' de stamboek kinderen van het nationaal-socialisme. Zij zouden het 'Herrenras' vormen dat de opgeruimde zigeuners en joden moest vervangen. De kinderen waren verminkt omdat ze gebombardeerd waren door de Amerikanen.
Lotte leerde in de eerste maanden van de oorlog de conservatoriumstudent David de Vries kennen die haar met de piano begeleidde. Ze waren bijna verloofd. Lotte -wilde hem nog even laten wachten voordat ze zekerheid wilde geven. Daarom ging ze niet in op zijn uitnodiging om zaterdag 22 februari 1941 samen door te brengen. Die zaterdag werd hij door de Duitsers opgepakt in een nachtgelegenheid in de Amsterdamse jodenbuurt waar hij muziek maakte met een aantal vrienden. Hij was afgevoerd naar Buchenwald en later naar Mauthausen. Uit de postkaart die de familie van hem ontving, bleek dat hij besefte snel dood te zullen gaan. Lotte werd verteerd door schuldgevoelens. Als zij de afspraak op zaterdag niet om een, achteraf, onzinnige reden had afgezegd, zou David zich niet op het verkeerde moment op de verkeerde plek hebben bevonden. Zingen kon Lotte niet meer. Haar zanglerares stuurde haar naar huis met de raad eerst maar eens tot zichzelf te komen.
De familie Frinkel (vader, moeder en Bram (18, vriend van Koen)) komt onderduiken bij de familie van Lotte. Ook Leon Stein, een vriend van de Frinkels, komt bij hen. Ruben Meyer wordt door de kapper van Lotte's vader bij hen gebracht. Later komt zijn moeder daar nog bij. Ook Theo de Zwaan en Ernst Goudriaan, twee kennissen van haar vader, voegen zich bij de onderduikers, om de arbeidsinzet in de Duitse industrie te ontkomen. Dit is de reden waarom Koen voortaan binnen moet blijven. Vader Frinkel en zijn zoon David speelden allebei viool. Doordat Lotte had geweigerd zich aan te melden bij de Kultuurkamer, mocht zij niet meer optreden met haar koor. Lotte kon zo haar (stief)moeder helpen met het steeds groter wordende gezin. Doordat moeder Rockanje moest worden geopereerd kreeg zij extra bonnen om goed aan te sterken van de operatie. De ego?stische vader gebruikte die bonnen echter om er brood en roomboter van te kopen om zelf lekker op te eten en niets tegen de anderen te zeggen. Toen Lotte dit ontdekte eiste zij de nog resterende bonnen op om nog eten voor moeder te kopen. Toen zij dit eiste kwetste haar vader haar heel diep door te zeggen: ?na al die jaren? nog steeds een echte moffin? (blz. 227)
Op een dag kwam Leon Stem in paniek bij het huis vol onderduikers. Hij riep dat er een razzia zou komen. De onderduikers vluchtten de speciaal voor hen gemaakte schuilkast in, op Ernst Goudriaan na. Lotte stond de afwas te doen, zogenaamd bezig met normale huishoudelijke werkzaamheden, toen Ernst plotseling de keuken binnenstapte. Hij vertikte het om opnieuw in de kast te kruipen. Lotte was ervan overtuigd dat hij zich zou overgeven aan de Duitsers die in de verte al te horen waren. Groot was haar verbazing toen zij even later merkte dat de officier zich van de soldaten had afgezonderd in de richting van het oude 'tbc-huisje' van Lotte waar Ernst nu een vioolbouwerwerkplaats had ingericht. Zij zag de beide mannen zich verdiepen in de kwaliteiten van het hout en de lijm. Het geheel werd nog wonderlijker toen de officier in de open lucht een aantal passages uit een concert van Beethoven speelde. Daarna leek hij uit een droom te ontwaken en gaf hij zijn manschappen bevel om in te rukken. Ernst had haar verteld dat zij hem de kracht had gegeven terug te gaan naar zijn werkplaats. Als zij gewoon door kon gaan met de afwas terwijl het gezin het risico liep nog dezelfde dag tegen de muur gezet te worden, dan had hij de kracht om gewoon in zijn werkplaats te blijven. Vanaf die dag bood Lotte geen weerstand meer tegen het gevoel van verliefdheid.
Voor de onderduikers en de gastfamilie werd het leven steeds nijpender. Er was een ernstig voedselgebrek. Lotte maakte met Sara Frinkel een desperate hongertocht richting Deventer. De stad werd net op de avond dat zij er verbleven zwaar gebombardeerd. Zij slaagden er toch in een kinderwagen met graan mee naar huis te krijgen. Er volgden meer van dat soort tochten. Vlak voor het eind van de oorlog trouwde ze met een van de onderduikers, Ernst Goudriaan. Een bruiloft konden zij zich niet veroorloven want alles wat zij bezaten was in levensmiddelen omgezet. De formaliteiten werden zonder een glimp van feestelijkheid afgehandeld door de loco-burgemeester die betrouwbaar was. Uiteindelijk waren de Duitsers nog niet definitief weg en was Ernst een onderduiker.
Deel 3: vrede
De komst van de Amerikanen maakte een eind aan deze oorlog. Het veldhospitaal kwam onder toezicht van de Amerikanen. Anna werd gevangen genomen. Ze moesten hard werken voor heel weinig eten. Een vrouw gaf zichzelf aan een Amerikaan in ruil voor eten. Anna had een vreselijke hekel aan de Amerikanen. Toch accepteerden ze op een middag de chocola die ze werd toegeworpen toen ze bloemen aan het plukken was voor een jarige. Uiteindelijk werden de rodekruiszusters ingezet bij de verpleging van gewonden. Ze hadden nu wel het werk dat bij hen paste, maar nog steeds de status van gevangene. Al snel werden ze overgeplaatst naar een vliegveld bij M?nchen waar de 55-soldaten die de eindstrijd overleefd hadden, op een veld bijeengebracht waren als koeien. Ze lagen daar in weer en wind terwijl de hogere luchtmachtofficieren op feestjes paradeerden als eregevangenen, terwijl de muziek van hun overwinnaars klonk.
Deze gevangenschap duurde gelukkig niet lang. Ze werd in september 1945 weer vrijgelaten. Voorlopig zou ze onderdak zoeken bij de ouders van Ilsa, een ex-collega die in de buurt van de Eifel was geboren. De Eifel, het gebied waar Martin zijn heldhaftige dood was gestorven. Op de boerderij van de oude mensen werkte zij een tijdlang in de modder en de stront zoals ze ook in haar jeugd gewend was geweest. Ze wil niets liever dan Martin opzoeken. Het wordt een moeilijke reis. Op de een of andere manier kan ze hem steeds niet bereiken. Als ze de moed heeft opgegeven krijgt ze weer een baantje in de huishouding. De vrouw bij wie ze in huis is ziet dat ze liever iets anders wil en Anna zegt dat ze bij de kinderbescherming wil. Toen ze bij de opleiding moest vertellen waarom ze hier voor gekozen had vertelde ze dat ze zelf als kind ook veel problemen had gehad. Hierdoor werd ze aangenomen. Dan doet ze een tweede poging om bij Martin te komen. Deze keer lukt het en vindt ze zijn graf. Daar blijkt een meisje er steeds goed voor het graf te hebben gezorgd uit dankbaarheid dat zij net aan de dood ontsnapt is. Anna kreeg van deze vrouw te horen hoe Martin gesneuveld was. Een aantal van Martins manschappen wilde tijdens een tocht namelijk appels in de berm plukken. Hij zij dat het gevaarlijk was maar wilde hun wens toch inwilligen. Hij stopte de vrachtauto waar ze in zaten om een aantal soldaten eruit te laten. Een verdwaalde granaat heeft toen de vrachtauto geraakt een maakte een einde aan het leven van de laatste drie inzittenden.
Als Anna op het Instituut voor Sociaal Werk zit komt tante Martha haar opzoeken. Ze doet net of ze heel veel om Anna geeft, maar in werkelijkheid zit ze weer te liegen over haar tegen de dorpsbewoners. Nu durft Anna er wel iets van te zeggen. Anna rekent nu af met tante Martha. Oom Heinrich kwam in die periode als wrak uit Rusland. Anna heeft nog veel moeite gedaan om de moeken die van haar eigen vader waren terug te krijgen, maar ook dat is gelukt. 'Ze liet niet meer met zich sollen, Anna Grosalie, oorlogsweduwe, Rodekruiszuster, in opleiding tot sociaal werkster bij de kinderbescherming. Het armzalig schepsel dat allang aan tuberculose, kanker of een bombardement bezweken had moeten zijn, liet niet meer met zich sollen. - ze studeerde vakken waarvan tante Martha de naam niet eens kon uitspreken.' (blz. 413)
Anna is nog naar Nederland geweest om met Lotte te praten. Nu is het Lotte die geen contact wil en sprak daarom niet in het Duits met haar. Ernst speelde voor tolk, hoewel Lotte nog wel Duits kon spreken. Ook dit bezoek liep hierdoor uit op een grote teleurstelling, evenals het eerste bezoek. Een andere grote tegenslag voor Anna was dat Martins graf, waar ze juist een steen voor had laten maken, was geruimd. Martins gebeente was in een anoniem soldatengraf bijgezet.
Lotte beleefde de komst van de geallieerde en zag hoe de Duitsers werden afgevoerd. Zij zag de Amerikanen als de grote bevrijders die nu een gezicht kregen. Ze zag hoe afgezwakt de Duitsers weggingen. Ze zagen er zielig uit, maar ze had een grote haat tegen alles wat Duits was. De onderduikers gingen uit huis, wat voor grote stilte zorgde. Ze had ook herinneringen aan Ruben, een van de onderduikers die naar zijn ouderlijk huis was teruggegaan voordat dat echt veilig was, en die bij de buren werd geconfronteerd met vijandigheid en teleurstelling omdat nu de in bewaring gegeven kostbaarheden ter discussie zouden komen te staan. Hierdoor kwam moeder Rockanje in het ziekenhuis terecht. De opgekropte spanningen van al die jaren eiste hun tol. Ernst en Lotte gingen in den Haag wonen waar Ernst zijn werk had. Hij ging hier totaal in op. Met Lotte gaat het niet zo goed. Nu ze op zichzelf woont verveelt ze zich. Ze weet niet meer wat ze moet doen om de tijd door te komen. Haar zangstem was inmiddels verdwenen. Lotte leefde in feite alleen voor haar kinderen.
Na een van de vele etentjes met verhalen over dood ruzies en begrafenissen eindigen de gesprekken tussen de tweeling. De zussen gaan naar hun eigen kamer met de veronderstelling elkaar de volgende dag wee te spreken. Lotte neemt zoals normaal in het Terminaal Instituut haar modderbad, maar nu wordt ze gewaarschuwd dat haar vriendin is overleden aan een hartaanval. Een medewerkster van het instituut vraagt aan Lotte of ze weet of de vrouw familie had. ?U was tenslotte haar vriendin? ?Nee?? zei Lotte ?Ik ben?ze is mijn zuster?
Onderzoek van verhaaltechniek
De schrijfstijl is vrij sober. Het woordgebruik is niet ingewikkeld, er zit alleen vrij veel Duits doorheen. Dit geeft alles wel een bepaald accent aan het boek. Ze komen tenslotte allebei uit Duitsland. De zinnen zijn soms lang en soms kort. Er zitten veel dialogen in. Tessa de Loo wordt nog al eens ?beschuldigd? van slecht taalgebruik en hantering van een verkeerde stijl. Veel critici vinden dat de Nederlandse taal voor haar een soort ijsbaan is, waarop zij voortdurend pijnlijk onderuit gaat. Anderen, net als de meeste lezers, vinden dat haar boeken vlot en helder lezen. Het verhaal vindt plaats in een kuuroord in Spa. Daar vertellen Anna en Lotte elkaar hun levens verhaal. Lotte?s ervaringen spelen zich in een beperkte ruimte af (als zesjarige komt zij terecht bij een familie die in het bos woont).
Anna?s ervaringen spelen zich in een grotere ruimte af; vanuit de stad Keulen komt zij op het platteland terecht. De familie Von Garlitz stelt haar in staat om in Duitsland en naar Oostenrijk te reizen. De tijd waarin het verhaal speelt is vanaf het interbellum totdat de oorlog voorbij is. Dit is de tijd die in de flashbacks voorkomt. Je zou ook de tijd dat de dames elkaar het verhaal vertellen er nog bij kunnen trekken. Dit is in de jaren ?80 of ?90. De flashbacks zijn heel functioneel in dit boek omdat zodra de een wat verteld de ander verteld hoe het bij haar was. Ze kijken nu terug op een periode waar ze zelf niet tevreden mee zijn en dat nemen ze de ander kwalijk.
De verhaalfiguren hebben een verschillend karakter.
Lotte is bijna 76 jaar oud. Ze lijdt aan artrose en is weduwe. Ze heeft een rustig karakter en is erg nuchter. Ze wil Anna het liefst een beetje op afstand houden. Lotte heeft maar een paar duidelijke karaktertrekken en heeft weinig onvoorspelbaars in zich. Ze is een vlak karakter.
Anna (ook 76 jaar oud) lijdt ook aan artrose en is ook weduwe. Ze heeft een druk karakter en wil altijd haantje de voorste zijn. Ze is intelligent, vastberaden en heeft een goed geheugen. Ze wil Lotte graag leren kennen en haar alles vertellen wat haar dwars zit, zolang het nog kan. Anna is dynamisch en heeft veel verassende kanten. Ze is een rond karakter.
Er komen veel verwikkelingen in voor omdat ze elkaar hun hele leven vertellen. Elke keer komen er nieuwe aspecten bij waar de ander zich weer kwaad om maakt. . De gebeurtenissen worden scenisch verteld. Zowel in de gebeurtenissen die in het verleden zijn gebeurd als in de weergave van de week die de zusters in het kuuroord in Spa doorbrengen, wordt de chronologie aangehouden. In het verhaal komen veel flashbacks voor. Het tijdsperspectief is vision avec.
De schrijfster is de vertelster van het verhaal. Zij identificeert zich wel vaak met Lotte. Het boek gaat over de manier hoe de twee zussen over elkaar denken en om daar een goed beeld van te krijgen als lezer, moet je de gedachten van beiden weten. Het effect van het gebruik van dit perspectief is dus ook dat je precies weet hoe ze zich allebei voelen en wat ze denken.
Op zoek naar de thematiek.
De verhoudingen tussen Nederland en Duitsland zijn het centrale thema. Er is veel aandacht voor het lot van de Duitse bevolking v??r, tijdens en n? het verliezen van de oorlog. Het is niet gebruikelijk in de Nederlandse literatuur om de Duitse kijk op het verleden te laten zien. In sommige gevallen lijkt het zelfs taboe. Sommige critici beweren dan ook dat dit een pro-Duitse roman is.
Waarschijnlijk wil de schrijfster bereiken dat er een verzoening tussen Nederland en Duitsland komt, net als dat ze een verzoening wilde bereiken tussen Anna en Lotte.
In het verhaal keert telkens terug dat Anna en Lotte het niet met elkaar eens zijn. Ze bereiken elkaar niet echt. Als Anna dan op een dag sterft is het definitief onmogelijk geworden. De roman stelt het onbegrip centraal, de onwil tot begrip en vergeving. Lotte en Nederland, zo stelt de schrijfster, hebben nooit begrip kunnen opbrengen voor het wedervaren van de gewone Duitsers in de oorlog.
Tussen titel en thema is niet zoveel verband. De tweeling wijst naar de personen Anna en Lotte, want die zijn een tweeling. Het boek gaat dus over Anna en Lotte. Als je de titel leest kan het nog over van alles gaan. Het laat niets van het thema zien. Toch is het absoluut een passende titel.
Plaats in de literatuurgeschiedenis
Het boek is voor het eerst in 1993 gepubliceerd. Ik heb de 43e druk van 2000 gelezen. Het blijkt dus wel dat het een veel verkocht boek is.
Het boek is geschreven door Tessa de Loo, het pseudoniem van Johanna Martina Duyvene de Wit.
Beoordeling
Het boek was niet zo spannend wat ik erg jammer vond. Een heel duidelijk voorbeeld was toen Lotte onder het ijs raakte. Je wist al, ondanks dat ze een halfuur onder het ijs was, ze het zou overleven, want ze is nu samen met haar zus. Ook weet ze niet op andere manieren spanning aan te brengen. Het lijkt of het niet naar een climax gaat.
Toch vond ik het een heel mooi boek. Als ik een mooie passage moest kiezen, zou ik het niet weten. Ik vond er een aantal mooi. Die zal ik kort noemen.
Als er een razzia komt gaan alle onderduikers naar de schuilplaats, maar Ernst wil dat niet. Hij laat zelfs de Duitsers op zijn viool spelen. Later zegt Ernst tegen Lotte dat zij hem de kracht had gegeven terug te gaan naar zijn werkplaats. Als zij gewoon door kon gaan met de afwas terwijl het gezin het risico liep nog dezelfde dag tegen de muur gezet te worden, dan had hij de kracht om gewoon in zijn werkplaats te blijven.
Ook vond ik het heel mooi dat Anna op een gegeven moment een warm bad voor haar werkgeefster moet verzorgen, maar als er een moeder met een kindje aan de deur komt laat ze hen binnen. Anna moet denken aan het kerstverhaal. Er was ook geen plaats voor Maria en haar kindje. Anna maakt wel plaats, terwijl zijzelf vroeger nooit een liefdevolle plaats had. Haar werkgeefster is kwaad, maar Anna heeft hier een voldaan gevoel over. Tenslotte vind ik het slot heel mooi. Elke keer is het Lotte die afstand houd, maar op het laatst zegt ze overduidelijk dat het haar zuster betreft die zojuist gestorven is.
Het was een heel aangrijpend boek. Ik had medelijden met wat de Duitsers allemaal meegemaakt hadden. Er wordt vaak alleen gekeken naar wat ze ons aangedaan hebben, maar veel Duitsers hebben dit niet gewild. Het beschrijven vanuit twee perspectieven maakt het boek heel realistisch. Je hebt nu het idee dat ze van beide partijen hun zegje kunnen doen. Hierdoor vond ik het erg mooi. Ik had nog nooit een boek gelezen waarin plaats was voor een perspectief vanaf de Duitse kant. Hierdoor had het verhaal een diepere intentie. Prachtig gewoon. Hierdoor is het boek eigenlijk niet met andere boeken te vergelijken. Ik had nog nooit een boek vanuit Duits oogpunt gelezen. Ik ben zelfs helemaal geen oorlogsboeken liefhebber, maar dit boek was zeker de moeite waard.
Het boek zit structureel ook heel goed in elkaar. Ze vertellen allebei op chronologische volgorde. Soms komt er een flashback boven op een andere flashback, maar dat maakt het verhaal niet onoverzichtelijk.
Het thema lijkt op het eerste gezicht ouderwets (wat hebben wij 50 jaar na de oorlog er nog mee te maken) maar ik denk dat er nog genoeg mensen met haat tegen de Duitsers leven. Door dit boek te lezen zie je de andere kant. Hierdoor vind ik het thema heel goed uitgewerkt. Juist door dit boek te schrijven accentueert ze nog eens wat iemand als Hitler kan veroorzaken.
Het taalgebruik is eenvoudig. Het leest vrij gemakkelijk. Het is handig als je een beetje Duits kent want dat komt redelijk vaak terug. Een enkele keer zelfs Frans. Hier heb ik maar overheen gelezen, omdat ik absoluut geen Frans spreek.
Mijn eindoordeel over dit boek: fantastisch. Een echte aanrader om voor je lijst (en als je graag leest voor je lol) te lezen. Het is namelijk heel goed voor je zicht op de oorlog en zeker voor onze generatie, omdat wij er toch al zo belabberd weinig vanaf weten.
Lieve Lotte
Hoe is het met jou? Ik ben hier bij opa op een boerderij aan de Lippe. Ik moet hier echt vreselijk wennen. Ik vind het hier nu helemaal niet fijn. Opa zegt dat ik hier zo gewend ben, maar ik wil bij jouw zijn. Samen met jou in bad. Hier mocht ik eerst niet eens in bad. Nu gelukkig wel. Tante Liesl maakt de teil klaar voor me.
Op school zijn de kinderen ook niet aardig tegen mij. Ze vinden dat ik vreemd praat. Jij moet zeker een andere taal leren? Ik heb op school hoge cijfers, maar dat schijnt hier heel raar te zijn. De andere kinderen plagen mij hierom. Pas zat er een briefje op mijn jas met ?Ga weg? erop.
Lieve Lotte, het lijkt wel of je dood bent, net als Vader. Van vader weet ik dat ik hem nooit meer zal zien, maar het lijkt bij jouw hetzelfde. Toen ik een eindje aan het lopen was zag ik een Mariakapelletje. Iemand had er bloemen bijgelegd. Uit woede en onmacht heb ik ze in de Lippe gegooid. Ze gingen met de stroom mee. Ik hoopte richting Holland. Een pioenroos draaide rond en ging onder in een kolk, waar hij naar beneden werd gezogen. Dat zou ik ook wel willen. Zomaar in het niets verdwijnen.
Lieve Lotte, ik hoop dat je terug schrijft.
Heel veel liefs van je zusje Anna
Lieve Anna
Hoe maak jij het? Hier alles wel goed. Ik ben hier bij de familie Rockanje. Moeder Rockanje zorgt erg goed voor mij. Overdag lig ik vaak in een withouten prieeltje wat naar de zon gedraaid kan worden. Moeder Rockanje zit vaak naast mijn bed om me Nederlands te leren. Ook leest ze me voor uit een Duits sprookjesboek. Dat doet ze omdat ik zo de taal niet verleer. Fijn h?? Als we elkaar dan weer zien kunnen we gewoon in het Duits praten. Vader Rockanje lijkt erg op papa.
s? Nachts ben ik vaak bang. Dan zie ik jouw in de klauwen van grootvader. Ik hoor je dan roepen. Ben jij ook wel eens heel bang. Ik mag dan bij moeder Rockanje in bed. Lief h??
Ik hoop dat ik een brief van jouw terug krijg.
Heel veel liefs van je zusje Lotte
Lieve Lotte
Waarom heb je niet terug geschreven? Ik heb het gevoel alsof je dood bent. Gestorven bent aan de ziekte waar je in Holland van zou genezen. Maar waarom zou ik geen bericht gehad hebben?
Toch schrijf ik nog. Want misschien leef je nog. Ik kan je niet vergeten.
Opa is ook al dood. Oom Heinrich heeft een vrouw. Ik mag haar niet. Zij mij ook niet. Sinds zij in huis is moet ik heel veel doen, maar zelf haar handjes laten wapperen doet ze niet. Ze krijgt wel elk jaar een kind. Ik heb het idee of ik in plaats van tante Martha het kind op moet voeden. Elk jaar moet ik voor een kind meer zorgen.
De pastoor en twee onderwijzers zijn bij mij thuis geweest. Ze vroegen oom Heinrich of ik naar het gymnasium mocht. Dat zou ik namelijk heel graag willen. Het mocht niet. Ik ben te hard nodig op de boerderij. Als Martha nu eens wat zou doen, maar dat doet ze toch niet. Ondertussen gaat ze wel ?s zondags naar de mis. Lekker vroom h??
Lieve Lotte ik ga weer stoppen. Ik kijk uit naar een brief van je.
Heel veel liefs je zusje Anna
Lieve Anna
Hoe is het bij jouw? Hier wel goed. Moeder Rockanje is erg lief voor mij. Vader Rockanje minder. Zijn wereld bestaat alleen uit muziek. Elke keer koopt hij nieuwe platen om af te draaien op zijn zelfgebouwde installaties. Ik moet toegeven dat het mooi klinkt, maar van al zijn onnodige aankopen komt hier wel ruzie.
Ik heb het zingen voor mezelf uitgevonden. Moeder zegt dat ik heel mooi kan zingen. Ik vind zingen ook heel fijn. Moeder heeft een piano voor mij gekocht zodat ik mezelf kan begeleiden. Hierdoor kwam weer ruzie omdat vader vond dat het een onnodige uitgave was.
Op een dag kwam de stemmer van mijn piano een gezinsfoto maken. Dat was ook een ellende zeg. Op het laatste moment moesten er nog jurken gestreken en versteld worden voor ons offici?le familie portretje. Vader Rockanje wilde alleen geen ander pak aantrekken. Hij zei dat allen de tsaar en tsarina zich lieten vereeuwigen. Vader had echt weer zo?n sabotage bui om alle leuke dingen die moeder bedacht in de war te schoppen. En ondertussen maar genieten van zijn genomen macht. De rest was ook niet zo vrolijk. Marie wilde het accentueren dat zij het lelijke eendje was. Ze had een hoogsluitende grijze jurk aan en wilde haar bril niet afzetten. Koen wilde geen lange broek aantrekken. Hij had allemaal schrammen op zijn benen en het zou zeker veel mooier geweest zijn. Ik had een hele mooie witte organdiejurk aan met stroken en ruches. Vader bleef weg. Tenslotte is de foto gemaakt zonder vader.
Ik ben ingeschreven op een christelijke school. Er waren geen plaatsen meer op openbare scholen. Eigenlijk vind ik het wel leuk. Ik denk omdat het verboden is. In vergelijking met de bijbel is vaders boek tamme lectuur. Als ik er met klasgenoten over wil praten zijn ze heel onverschillig. Jammer is dat. Bij hen is het meer de blinde onge?nteresseerde acceptatie. Dat snap ik niet.
Ik kreeg van de directeur op mijn kop omdat ik niet mee had gebeden. Hij vond dat raar. Ik zei dat ik niets van de bijbel geloofde. Geloof jij daar wat van? Als God liefde is dan waren wij nu vast nog bij elkaar.
Lieve Anna, waarom schrijf je niet terug? Wanneer zien we elkaar weer?
Heel veel liefs je zusje Lotte
Lieve Lotte
Ik weet dat ik al lang niet meer geschreven heb. Er was weinig tijd. Hoe is het met jouw? Ik maak het nu redelijk goed. Ik ben in Keulen geweest. Wat lijkt 1922 ver weg nu het 1936 is. Alles daar is veranderd. Ik heb een opleiding gedaan voor dienstmeisje bij gegoede families. Hier had pastoor Jacobsmeier voor gezorgd. De tijd die mijn opleiding duurde heb ik in Keulen gewoond.
Pas moest ik mijn voogdijakte tekenen. Heb jij dat ook moeten doen? Ik ben heel stom geweest met het tekenen. Ik had hem niet helemaal gelezen. Achteraf blijkt dat oom Heinrich er elk jaar heeft ingezet dat ik broos en zwakzinnig was. Er kwamen twee mannen nar me toe (zij wisten niet dat ik Anna was over wie ze het hadden). Ze zeiden dat Anna gesteriliseerd moest worden. Ik had geen idee wat dat betekende. Ik werd zo kwaad toen ik het in de voogdijakte zag staan. Ik heb gezegd dat ik die zwakzinnige Anna was. Daar hadden ze niet van terug. Ze hadden opeens haast om weg te komen. Dus een tip voor als je nog moet tekenen: neem er de tijd voor en lees hem helemaal door.
Nu werk ik bij de familie Stolz. Dit is eigenlijk niet echt een succes. Van mevrouw Stolz moet alles fabrieksmatig gebeuren om alles zo effici?nt mogelijk te laten verlopen. Ze heeft van alles uitgerekend hoeveel tijd iets kost. Ik kan werkelijk geen enkel initiatief tonen hier. Het stomme is dat ze me dat nog kwalijk neemt ook. Toen het regende had ik geen tijd om de ramen dicht te doen, want dan zou ik niet klaar komen met de strijk. Ze was kwaad joh! Waarschijnlijk is haar dominantie en perfectionisme alleen een middel om haar zelfvertrouwen te bewaren.
Ben jij trouwens ook ongesteld, of jij ook niet? Ik moest helemaal naar een genecoloog omdat ik niet menstrueerde. Het was omdat het moest van Frau Stolz, maar anders was ik niet gegaan.
Lieve Lotte, ik stop weer. Ik kijk vol verwachting uit naar een brief van jouw. Hij hoeft niet lang te zijn, als ik maar weet dat je nog leeft.
Heel veel liefs je zusje Lotte
Lieve Anna
Ondanks dat onze ontmoeting op een mislukking is uitgelopen, toch wil ik contact blijven houden. Ik weet nu dat je leeft. Als je niets meer met me te maken wilt hebben bedenk dan dat we een bloedband hebben. We zijn bijna tegelijk geboren uit dezelfde moeder. We hebben dezelfde ouders. Dat feit is toch nooit te verdoezelen, lieve Anna?
Hier in Nederland is het oorlog. Het leek wel mee te vallen, maar het is verschrikkelijk. Ik had sinds kort een vriend (David) maar hij is er al niet meer. Opgepakt door Duitsers en naar een kamp gebracht. Alleen om het simpele feit dat hij een jood is.
Ik kan even niet meer schrijven. Misschien gaat het een andere keer weer beter.
Ik hoop dat je me terug schrijft.
Heel veel liefs je zusje Lotte.
Lieve Lotte
Ik heb er spijt van je zo behandeld te hebben. De terugkerende stilte was niet te verdragen. Ik zou het graag overdoen, maar dan anders.
Ik ben een poosje geleden in het Casino geweest. Het is veranderd. Toch zijn er nog veel dingen herkenbaar. Ik heb er een vriend leren kennen. Martin heet hij. De vriendschap met hen is serieus geworden. Na een poosje kreeg ik een telegram van hem om naar wenen te komen. Hij wilde trouwen. Het kon helaas niet doorgaan. Hij was met illegaal verlof en dat zou uitkomen als we gingen trouwen. Ik baalde hier vreselijk van. Gelukkig hebben we toch nog een goede tijd samen gehad.
Ik ben weer terug gegaan om te werken. Ik bleef heen en weer hobbelen door de oorlogsdreiging. Ik vond het niet erg. Zo kon ik de tijd doden. Lieve Anna, ik stop weer. Ik hoop dat de oorlog snel voorbij is en wacht op een brief van je.
Heel veel liefs van je zusje Anna
Lieve Anna
Wij hebben onderduikers in huis. Ik moet het even aan iemand kwijt want zoiets kun je niet voor iedereen voor je houden. Het zijn voornamelijk Joden. Waarom zouden het untermenschen zijn? Zijn ze minder mens dan jij en ik?
De eerste razzia was doodeng. Gelukkig had Koen van de Duitsers gehoord wanneer die plaats zou vinden. Een gezin kon gelukkig ergens anders onder gebracht worden.
Het bleef niet bij de Familie Frinkel. Er kwamen er steeds meer. Ik ben nog een keer op pad geweest familie van een onderduiker op te halen. Toch zijn er nog 3 van hen opgepakt. Het was een verschrikkelijke periode.
Moeder werd ook nog ziek. Ze kreeg gelukkig wel extra bonnen, maar die had vader in beslag genomen, de schoft. Gelukkig is het laatste beetje wel bij moeder terechtgekomen.
Lieve Anna, misschien komen er nu voorlopig geen brieven meer. Volgens Koen is het gevaarlijk. Ook brieven kunnen onderschept worden. Je blijft in mijn gedachten bij mij.
Heel veel liefs je zusje Lotte
Lieve Lotte
Ik heb lang niet geschreven. Ik zal beknopt verslag doen, van wat er hier is gebeurd. Ik ben getrouwd met Martin en inmiddels ook alweer oorlogsweduwe.
Om mijn leven toch nog zin te laten hebben ben ik in een lazaret gaan werken. Dat was een idee van Martin. Wat ik daar allemaal heb meegemaakt is met geen pen te beschrijven. Daarom doe ik het ook maar niet.
Nadat ik in een aantal lazaretten gewerkt had werd ons laatste lazaret door de Amerikanen in beslag genomen. Ik ben nog een poosje hun gevangene geweest maar dat heeft niet lang geduurd. Na de oorlog kwam ik bij een andere familie. Frau Schmidt vroeg me wat ik in de toekomst wilde gaan doen. Ik bedacht me terplekke dat ik wel bij de kinderbescherming wilde. Er volgde een studie. In die periode heb ik voorgoed afgerekend met tante Martha. Toch wilde ik voor ik de studie begon opzoek gaan naar Martins graf. Ik had er veel van verwacht maar toen ik 3 amateuristische kruisjes zag volgde mijn ontnuchtering. Van een andere vrouw hoorde ik hoe hij gestorven is. Precies zoals hij was, omdat hij graag iets voor andere over had en hen een pleziertje gunde.
De oorlog heeft vreselijk veel met mij gedaan. Ik vraag me af wie er meer last van had, jij of ik. Niet alle Duitsers zijn slecht. Martin was een hele goede. Lieve Lotte, ik hoop dat ik nog een brief van je krijg.
Heel veel liefs van je zusje Anna
Lieve Anna
Ik ben getrouwd met een onderduiker. Er is veel gebeurd, maar ik wil vooruit kijken. We zijn getrouwd om leegtes op te vullen. Natuurlijk houden we ook van elkaar. Het huwelijk heeft in alle soberheid plaats gevonden, omdat hij nog steeds de status van onderduiker had. Ons huwelijk is voltrokken door de loco-burgemeester omdat hij te vertrouwen was. Achteraf aten we roggekoekjes met jenever -de laatste fles.
Gelukkig duurde de bevrijding niet zo lang meer. Eerst kwamen er Canadezen en Amerikanen, vervolgens gingen de Duitsers weg. Compleet uitgeput. Onze onderduikers waren niet meer te houden, terwijl het nog best gevaarlijk kon zijn. We leefden met zijn allen in een roes. Moeder kreeg een ernstige zenuwinzinking. De oorlog is gelukkig voorbij. Lieve Anna, we moeten vooruit kijken, jij en ik.
Heel veel liefs van je zusje Lotte
Op de middelbare school tekende en schilderde De Loo veel. Ze schreef toen ook al graag opstellen.
Boek informatie
- De Tweeling
- Johanna Martina (Tineke) Duyvené de Wit
- Nederlands
Handige opties
- Meer boeken van:Tessa de Loo