Spreekbeurt: Spijkerbroeken
1. Wat is een spijkerbroek??
De belangrijkste reden om een broek een spijkerbroek te noemen zijn de metalen rondjes, ze zitten meestal boven aan de zakken. Het zijn een soort platgeslagen spijkers.
Een spijkerbroek heeft nog een ander kenmerk: hij is gemaakt van denim. Denim is een ander word voor spijkerstof. Denim is een stevig geweven katoenen stof. De kleur is meestal blauw.
2. De eerste spijkerbroek?
De allereerste spijkerbroek werd in Amerika gemaakt. en dat was ong. 150 jaar geleden. De uitvinder was Levi Strauss, hij was geboren in Duitsland. Hij was naar de v.s. vertrokken omdat hij meer van de wereld wou zien, en hij wilde ook rijk worden. New York was toen een modderige stad met veel werkelozen. Levi pakte zijn bagage en een stuk tentdoek en vertrok naar de andere kan van Amerika. Om er goud te zoeken.
Een goudzoeker vroeg aan Levi Strauss of hij van dat lichtbruine tentdoek een broek kon maken. Strauss ging naar een kleermaker. Het werd een hartstikke sterke broek. De goudzoeker was tevreden en die betaalde met een klompje goud. Hij vertelde over die broek tegen zijn vrienden. De broek werd heel populair. Levi Strauss begon een winkel waar hij beige canvas broeken verkocht. Na een jaar was dat een groot warenhuis.
De spijker van de spijkerbroek werden niet door Levi Strauss bedacht. Maar door een kleermaker die voor hem werkte. Op een dag moest hij een broek maken voor een zwaargebouwde houthakker. De zakken wilde hij extra stevig tegen scheuren. Dat deed hij door er koperen klinknagels in te slaan. Dat zijn een soort ijzeren drukknopen die leken op platgeslagen spijkers. Voortaan kreeg iedere broek klinknagels. En de broek had meteen een naam: de spijkerbroek.
In de eerste spijkerbroeken zaten ook klinknagels bij het kruis en de achterzakken. Die bij het kruis zijn er al snel weer afgehaald. Goudzoekers die ?s avonds bij het kampvuur zaten,verbrandden zich soms pijnlijk als die ijzeren nagels heet werden. De spijkers van de achterzakken zijn er pas later afgehaald. Namelijk toen scholen klaagde dat hun stoelen en banken erdoor werden beschadigd.
3. Steeds meer spijkerbroeken?
De eerste jongeren met spijkerbroeken werden overal uitgelachen en nagekeken. Nu kun je dat je bijna niet voorstellen. Maar rond 1950 zag de wereld er heel anders uit dan nu. Nette mannen droegen bandplooibroeken met een scherpe vouw in het midden. Vrouwen droegen jurken en mantelpakjes. Nooit een broek. Meisjes mochten als het koud was wel een broek dragen. Maar dan ging er altijd wel een rok overheen.
In die tijd had bijna niemand een tv. Mar in elke stad was er wel een bioscoop. Daar zagen de jongeren wat ze wilden zien: filmsterren en zangers. Zo?n zanger was Elvis Presley. Hij was de uitvinder van de rock ?n roll. Als hij optrad doeg hij een strakke spijkerbroek. Daarom gingen zijn fans die ook dragen. Hoe strakker hoe beter. Jongeren paste een spijkerbroek het liefst liggend op de grond. Als je een broek staande niet dicht kreeg, lukte het wel zo. Als je met ingehouden adem de rits met veel moeite omhoog kreeg, was het maar goed.
Maar je broek wordt wijder door het dragen. Als snel wisten jongeren wat je daar tegen deed. Je moest met en spijkerbroek in bad gaan of in de zee gaan zwemmen.
4. Spijkerbroeken als protest?
Voor een spijkerbroek hoef je niet naar een speciale kleding winkel. Ze verkopen spijkerbroeken in winkels met vooral jongerenkleding. Maar je kunt ze ook krijgen in een warenhuis en in de kledingzaak waar ze nette pakken verkopen.
Dat was vroeg wel anders. In die tijd kon je alleen een spijkerbroek kopen in een winkel waar ze werkkleding verkochten.
De spijkerbroek was toen een werkmansbroek. Mannen kochten de spijkerbroek alleen omdat ze zo stevig waren. Als je zwaar werk deed, ging een spijkerbroek veel langer mee dan een andere broek. En je zag ook niet zo snel dat hij vuil was.
Vijftig jaar geleden kochten de eerste jongeren een werkmansbroek. Ze zaten nog op school. Ze namen de broek niet omdat hij zo stevig was. Maar omdat ze niet dezelfde kleren wilden als hun ouders kochten ze de spijkerbroeken. Met die spijkerbroek lieten ze zien dat ze anders wouden zijn dan andere mensen. En dat ze met veel dingen die volwassenen deden niet eens waren.
De spijkerbroek is in Amerika ook gebruikt als protest middel. In de jaren zestig gingen de indianen de straat op. Ze wilden niet dat de overheid nog meer land van hem zou afpakken. Tijdens de demonstraties droegen de indianen bijna altijd spijkerbroeken. Omdat het dezelfde broek was die de pioniers droegen toen ze hun voorouders verdreven.
5. De kleur?
In plaats van beige canvas, gebruikte de kleermakers steeds vaker blauwe denim. Dat was ook een stevige stof en je zag er minder vlekken op. Bijna alle werkkleding was in die tijd blauw. Ook de boerenkielen en overvallers. Dat had een reden. Blauw kon goed tegen de inwerking van lucht, zonlicht en zeep. Blauw bleef blauw, ook als het heel vaak werd gewassen. En dat gebeurde, want in die tijd ging kleding veel langer mee dan nu.
Het blauw dat Levi Strauss gebruikte, was het blauw van de indigoplant. Die planten werden 3000 jaar geleden in India gekweekt om stoffen te kleuren. Als je die plant ziet,kun je je niet voorstellen dat je er iets blauw mee kunt maken. Het is een groene plant met roodachtige bloemetjes. De kleurstof zit in de bladeren van de plant. Als je de bladeren in koud water legt, dan is het water binnen een uur helemaal blauw.
De kleur van spijkerbroeken is nooit echt veranderd. Maar de indigoplant wordt allang niet meer gebruikt om spijkerbroeken te maken. In het jaar 1910 werd een manier gevonden om met chemische stoffen dezelfde kleur te maken. Nu had je geen planten meer nodig die je van ver moest halen. De nieuwe methode was veel goedkoper.
6. De spijkbroek naar Europa?
In Amerika was de spijkerbroek al veel eerder populair dan hier in Nederland. In 1935 was het daar al vrijetijdskleding. Ook voor vrouwen en kinderen.
Pas na de Tweede Wereldoorlog leerden de mensen in Europa de spijkerbroek kennen. Het Amerikaanse Ministerie van Defensie bestelde bij Levis-fabrieken voor elke soldaat een spijkerbroek. Die was bedoeld als vrijetijdskleding.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog hielpen tienduizenden Amerikaanse soldaten om Europa te bevrijden van de Duitse bezetting. Toen ze teruggingen naar huis, lieten die soldaten hier veel spijkerbroeken achter. Omdat mensen die broeken graag wouden hebben. Of omdat ze geen zin hadden om die bagage weer mee te nemen.
Na de Tweede Wereldoorlog kwamen er overal dumpshops. Een dumpshop is een winkel waar ze tweedehands kleding verkopen. Het meeste kleding die ze in die dumpshop hadden was militaire kleding. Er zaten ook wel wat spijkerbroeken tussen. Vooral die werklieden die iets stevigs zochten vroegen om spijkerbroeken. De dumpshops waren meestal heel snel uitverkocht en vroegen in Amerika om een nieuwe voorraad. Zo kwamen de Amerikaanse spijkerbroekfabrieken erachter dat in Europa een heleboel te verkopen viel.
7. De patch en de rits?
Om de stukken denim aan elkaar vast te naaien, koos Strauss voor oranje garen. Omdat oranje het meest leek op de kleur van de klinknagels. Op elke achterzak werd met de garen een dubbele boog gestikt. Die bogen moeten de vleugels van de arend voor stellen: een roofvogel die de vrijheid verbeeldt.
Boven de rechterzak kwam een patch van leer. Patch is het engelse woord voor etiket of merkteken. Op een patch staat de maat: de pijplengte en de taillewijdte. Je ziet ook een tekening van twee werkpaarden die een spijkerbroek kapot proberen te trekken. Ze worden aangespoord met zwepen, toch lukt het niet om de spijkerbroek kapot te krijgen.
In de gulp zaten bij de eerste spijkerbroeken metalen knopen. De rits werd een paar jaar alter uitgevonden. De concurrent Lee bracht als eerste de spijkerbroek met rits op de markt. Dat was in het jaar 1926. nu zie je spijkerbroeken met rits, maar ook met knopen.
8. Spijkerstof?
Zoals je weet, hete de stof denim. Die naam is ontstaan toen spijkerbroekfabrikanten hun stof steeds vaker in de Franse stad N?mes gingen kopen. In Amerika zeiden ze: De N?mes. Als je dat snel zegt, hoor je denim.
Een spijkerbroek wordt ook jeans genoemd. Die naam komt ook van een stad. Dat is de Italiaanse stad Genua. Daar hadden Franse stoffenfabrieken hun verkoopkantoor. Genua was per schip makkelijk te bereiken vanuit Amerika. De Amerikanen spraken Genua uit als Genoese. Door veel en snel uitspreken is dat woord veranderd in jeans. Van spijkerstof worden allang niet alleen broeken meer gemaakt. ook jurken en rokken. Jassen en bloezen. Omdat zoveel mensen van die stof hielden, werden er in de jaren zeventig ook tassen, bankstellen en kinderwagens van gemaakt. en schriften, pennen en agenda?s kon je ook vaak in spijkerstof krijgen. Nu zie je dat bijna niet meer.
9. In de mode?
In het begin droegen jongeren een spijkerbroek om ene andere mensen duidelijk te maken dat ze het ergens niet mee eens waren. Sinds 1965 is de spijkerbroek een modeartikel geworden.
In de jaren zeventig was het is de mode om oud spijkergoed op te knappen. Op versleten plekken werden lapjes gezet of er werd wat op geborduurd.
Eerst kon je de broek alleen kopen in een dumpzaak of in een werkkledingwinkel. Nu kan je het ook in warenhuizen en modezaken kopen. Er zijn zelfs winkels waar ze alleen mar spijkerbroeken en spijkerjacks verkopen. Er zijn in middels veel verschillende merken.
Het oude model van vroeger is nog steeds te koop. Maar er zijn veel modellen bijgekomen. De spijkerbroek doet altijd mee in de mode. Als wijden pijpen in de mode zijn doet de spijkerbroek mee, of als strak of er versleten moet uitzien doet de spijkerbroek ook mee.
Je draagt een spijkerbroek als je erbij wilt horen. Of als je er jeugdig en sportief wilt uitzien.
En natuurlijk blijft de spijkerbroek een hele praktische broek. Hij is ijzersterk en wordt niet zo gauw vuil. Waarschijnlijk is dat de belangrijkste reden dat de spijkerbroek nog steeds in de mode is.
De belangrijkste reden om een broek een spijkerbroek te noemen zijn de metalen rondjes, ze zitten meestal boven aan de zakken. Het zijn een soort platgeslagen spijkers.
Een spijkerbroek heeft nog een ander kenmerk: hij is gemaakt van denim. Denim is een ander word voor spijkerstof. Denim is een stevig geweven katoenen stof. De kleur is meestal blauw.
2. De eerste spijkerbroek?
De allereerste spijkerbroek werd in Amerika gemaakt. en dat was ong. 150 jaar geleden. De uitvinder was Levi Strauss, hij was geboren in Duitsland. Hij was naar de v.s. vertrokken omdat hij meer van de wereld wou zien, en hij wilde ook rijk worden. New York was toen een modderige stad met veel werkelozen. Levi pakte zijn bagage en een stuk tentdoek en vertrok naar de andere kan van Amerika. Om er goud te zoeken.
Een goudzoeker vroeg aan Levi Strauss of hij van dat lichtbruine tentdoek een broek kon maken. Strauss ging naar een kleermaker. Het werd een hartstikke sterke broek. De goudzoeker was tevreden en die betaalde met een klompje goud. Hij vertelde over die broek tegen zijn vrienden. De broek werd heel populair. Levi Strauss begon een winkel waar hij beige canvas broeken verkocht. Na een jaar was dat een groot warenhuis.
De spijker van de spijkerbroek werden niet door Levi Strauss bedacht. Maar door een kleermaker die voor hem werkte. Op een dag moest hij een broek maken voor een zwaargebouwde houthakker. De zakken wilde hij extra stevig tegen scheuren. Dat deed hij door er koperen klinknagels in te slaan. Dat zijn een soort ijzeren drukknopen die leken op platgeslagen spijkers. Voortaan kreeg iedere broek klinknagels. En de broek had meteen een naam: de spijkerbroek.
In de eerste spijkerbroeken zaten ook klinknagels bij het kruis en de achterzakken. Die bij het kruis zijn er al snel weer afgehaald. Goudzoekers die ?s avonds bij het kampvuur zaten,verbrandden zich soms pijnlijk als die ijzeren nagels heet werden. De spijkers van de achterzakken zijn er pas later afgehaald. Namelijk toen scholen klaagde dat hun stoelen en banken erdoor werden beschadigd.
3. Steeds meer spijkerbroeken?
De eerste jongeren met spijkerbroeken werden overal uitgelachen en nagekeken. Nu kun je dat je bijna niet voorstellen. Maar rond 1950 zag de wereld er heel anders uit dan nu. Nette mannen droegen bandplooibroeken met een scherpe vouw in het midden. Vrouwen droegen jurken en mantelpakjes. Nooit een broek. Meisjes mochten als het koud was wel een broek dragen. Maar dan ging er altijd wel een rok overheen.
In die tijd had bijna niemand een tv. Mar in elke stad was er wel een bioscoop. Daar zagen de jongeren wat ze wilden zien: filmsterren en zangers. Zo?n zanger was Elvis Presley. Hij was de uitvinder van de rock ?n roll. Als hij optrad doeg hij een strakke spijkerbroek. Daarom gingen zijn fans die ook dragen. Hoe strakker hoe beter. Jongeren paste een spijkerbroek het liefst liggend op de grond. Als je een broek staande niet dicht kreeg, lukte het wel zo. Als je met ingehouden adem de rits met veel moeite omhoog kreeg, was het maar goed.
Maar je broek wordt wijder door het dragen. Als snel wisten jongeren wat je daar tegen deed. Je moest met en spijkerbroek in bad gaan of in de zee gaan zwemmen.
4. Spijkerbroeken als protest?
Voor een spijkerbroek hoef je niet naar een speciale kleding winkel. Ze verkopen spijkerbroeken in winkels met vooral jongerenkleding. Maar je kunt ze ook krijgen in een warenhuis en in de kledingzaak waar ze nette pakken verkopen.
Dat was vroeg wel anders. In die tijd kon je alleen een spijkerbroek kopen in een winkel waar ze werkkleding verkochten.
De spijkerbroek was toen een werkmansbroek. Mannen kochten de spijkerbroek alleen omdat ze zo stevig waren. Als je zwaar werk deed, ging een spijkerbroek veel langer mee dan een andere broek. En je zag ook niet zo snel dat hij vuil was.
Vijftig jaar geleden kochten de eerste jongeren een werkmansbroek. Ze zaten nog op school. Ze namen de broek niet omdat hij zo stevig was. Maar omdat ze niet dezelfde kleren wilden als hun ouders kochten ze de spijkerbroeken. Met die spijkerbroek lieten ze zien dat ze anders wouden zijn dan andere mensen. En dat ze met veel dingen die volwassenen deden niet eens waren.
De spijkerbroek is in Amerika ook gebruikt als protest middel. In de jaren zestig gingen de indianen de straat op. Ze wilden niet dat de overheid nog meer land van hem zou afpakken. Tijdens de demonstraties droegen de indianen bijna altijd spijkerbroeken. Omdat het dezelfde broek was die de pioniers droegen toen ze hun voorouders verdreven.
5. De kleur?
In plaats van beige canvas, gebruikte de kleermakers steeds vaker blauwe denim. Dat was ook een stevige stof en je zag er minder vlekken op. Bijna alle werkkleding was in die tijd blauw. Ook de boerenkielen en overvallers. Dat had een reden. Blauw kon goed tegen de inwerking van lucht, zonlicht en zeep. Blauw bleef blauw, ook als het heel vaak werd gewassen. En dat gebeurde, want in die tijd ging kleding veel langer mee dan nu.
Het blauw dat Levi Strauss gebruikte, was het blauw van de indigoplant. Die planten werden 3000 jaar geleden in India gekweekt om stoffen te kleuren. Als je die plant ziet,kun je je niet voorstellen dat je er iets blauw mee kunt maken. Het is een groene plant met roodachtige bloemetjes. De kleurstof zit in de bladeren van de plant. Als je de bladeren in koud water legt, dan is het water binnen een uur helemaal blauw.
De kleur van spijkerbroeken is nooit echt veranderd. Maar de indigoplant wordt allang niet meer gebruikt om spijkerbroeken te maken. In het jaar 1910 werd een manier gevonden om met chemische stoffen dezelfde kleur te maken. Nu had je geen planten meer nodig die je van ver moest halen. De nieuwe methode was veel goedkoper.
6. De spijkbroek naar Europa?
In Amerika was de spijkerbroek al veel eerder populair dan hier in Nederland. In 1935 was het daar al vrijetijdskleding. Ook voor vrouwen en kinderen.
Pas na de Tweede Wereldoorlog leerden de mensen in Europa de spijkerbroek kennen. Het Amerikaanse Ministerie van Defensie bestelde bij Levis-fabrieken voor elke soldaat een spijkerbroek. Die was bedoeld als vrijetijdskleding.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog hielpen tienduizenden Amerikaanse soldaten om Europa te bevrijden van de Duitse bezetting. Toen ze teruggingen naar huis, lieten die soldaten hier veel spijkerbroeken achter. Omdat mensen die broeken graag wouden hebben. Of omdat ze geen zin hadden om die bagage weer mee te nemen.
Na de Tweede Wereldoorlog kwamen er overal dumpshops. Een dumpshop is een winkel waar ze tweedehands kleding verkopen. Het meeste kleding die ze in die dumpshop hadden was militaire kleding. Er zaten ook wel wat spijkerbroeken tussen. Vooral die werklieden die iets stevigs zochten vroegen om spijkerbroeken. De dumpshops waren meestal heel snel uitverkocht en vroegen in Amerika om een nieuwe voorraad. Zo kwamen de Amerikaanse spijkerbroekfabrieken erachter dat in Europa een heleboel te verkopen viel.
7. De patch en de rits?
Om de stukken denim aan elkaar vast te naaien, koos Strauss voor oranje garen. Omdat oranje het meest leek op de kleur van de klinknagels. Op elke achterzak werd met de garen een dubbele boog gestikt. Die bogen moeten de vleugels van de arend voor stellen: een roofvogel die de vrijheid verbeeldt.
Boven de rechterzak kwam een patch van leer. Patch is het engelse woord voor etiket of merkteken. Op een patch staat de maat: de pijplengte en de taillewijdte. Je ziet ook een tekening van twee werkpaarden die een spijkerbroek kapot proberen te trekken. Ze worden aangespoord met zwepen, toch lukt het niet om de spijkerbroek kapot te krijgen.
In de gulp zaten bij de eerste spijkerbroeken metalen knopen. De rits werd een paar jaar alter uitgevonden. De concurrent Lee bracht als eerste de spijkerbroek met rits op de markt. Dat was in het jaar 1926. nu zie je spijkerbroeken met rits, maar ook met knopen.
8. Spijkerstof?
Zoals je weet, hete de stof denim. Die naam is ontstaan toen spijkerbroekfabrikanten hun stof steeds vaker in de Franse stad N?mes gingen kopen. In Amerika zeiden ze: De N?mes. Als je dat snel zegt, hoor je denim.
Een spijkerbroek wordt ook jeans genoemd. Die naam komt ook van een stad. Dat is de Italiaanse stad Genua. Daar hadden Franse stoffenfabrieken hun verkoopkantoor. Genua was per schip makkelijk te bereiken vanuit Amerika. De Amerikanen spraken Genua uit als Genoese. Door veel en snel uitspreken is dat woord veranderd in jeans. Van spijkerstof worden allang niet alleen broeken meer gemaakt. ook jurken en rokken. Jassen en bloezen. Omdat zoveel mensen van die stof hielden, werden er in de jaren zeventig ook tassen, bankstellen en kinderwagens van gemaakt. en schriften, pennen en agenda?s kon je ook vaak in spijkerstof krijgen. Nu zie je dat bijna niet meer.
9. In de mode?
In het begin droegen jongeren een spijkerbroek om ene andere mensen duidelijk te maken dat ze het ergens niet mee eens waren. Sinds 1965 is de spijkerbroek een modeartikel geworden.
In de jaren zeventig was het is de mode om oud spijkergoed op te knappen. Op versleten plekken werden lapjes gezet of er werd wat op geborduurd.
Eerst kon je de broek alleen kopen in een dumpzaak of in een werkkledingwinkel. Nu kan je het ook in warenhuizen en modezaken kopen. Er zijn zelfs winkels waar ze alleen mar spijkerbroeken en spijkerjacks verkopen. Er zijn in middels veel verschillende merken.
Het oude model van vroeger is nog steeds te koop. Maar er zijn veel modellen bijgekomen. De spijkerbroek doet altijd mee in de mode. Als wijden pijpen in de mode zijn doet de spijkerbroek mee, of als strak of er versleten moet uitzien doet de spijkerbroek ook mee.
Je draagt een spijkerbroek als je erbij wilt horen. Of als je er jeugdig en sportief wilt uitzien.
En natuurlijk blijft de spijkerbroek een hele praktische broek. Hij is ijzersterk en wordt niet zo gauw vuil. Waarschijnlijk is dat de belangrijkste reden dat de spijkerbroek nog steeds in de mode is.