Werkstuk: De voedingsstoffen die je nodig hebt om gezond te leven’
Hoofdstuk 1
‘De voedingsstoffen die je nodig hebt om gezond te leven’
Wat is gezond eten
Gezond eten is van alles iedere dag een beetje (zie maaltijdschijf), niet te veel of te weinig van iets. Gezond eten dat moet je zelf doen. Je moet niet in een keer je leven veranderen en super gezond gaan eten, maar je kunt het beter stapje voor stapje doen. Voorbeelden van stapje voor stapje gezond gaan eten zijn:
- Vette en volle producten langzamerhand door magere en halfvolle producten gaan vervangen.
- Het aantal groenten en fruit dat je eet geleidelijk opvoeren zodat je 2 a 3 stukken fruit op een dag eet en wat groente.
- Geleidelijk wat minder zout gaan eten en dit vervangen door kruiden.
- Bij het bakken en braden margarine vervangen door olie of dieetmargarine.
- Vlees een of twee keer per week vervangen door vis.
- Vezelrijk eten, dus bijvoorbeeld volkoren- in plaats van witbrood.
- Minimaal 1,5 liter vocht op een dag drinken.
- Maximaal twee glazen alcohol op een dag.
Waarom is gezond eten zo belangrijk
Gezond eten is zo belangrijk, omdat het het cholestrolgehalte verlaagt in het bloed waardoor de slagaders schoon blijven. Gezond eten houdt het lichaamsgewicht goed zodat je niet gauw een hoge bloeddruk krijgt zodat het hart niet extra wordt belast.
Gezond eten helpt dat je huid een frisse en gezonde kleur krijgt. Gezond eten zorgt voor een betere spijsvertering en dus dat je minder last van verstoppingen zult hebben. Zo zijn er nog een heleboel punten op te noemen dus: gezond eten is gewoon goed voor je lichaam en je voelt je als je gezond eet altijd fit en vrolijk.
De voedingsstoffen die er zijn
Er zijn een heleboel voedingsstoffen, daar worden weer voedingsmiddelen van gemaakt. De voedingsstoffen die er zijn:
- Eiwitten, dat zijn belangrijke bouwstoffen in ons lichaam. In de mens bestaan 20 verschillende eiwitten. Acht eiwitten kan het lichaam zelf aanmaken. De rest moet het lichaam van de voeding binnen krijgen. Eiwitten zijn heel belangrijk want ze helpen bij de ontwikkeling van het lichaam.
- Vetten, dat zijn de beste verbrandingsstoffen voor mens en dier. Je kunt bij een langere tijd vasten prima overleven door het vetreserve in het lichaam. Er zijn verzadigde en onverzadigde vetten. Verzadigde vetten in je lichaam maken veel kans op hart- en vaatziekten en kanker. Onverzadigde vetten wat minder.
- Koolhydraten, die werken als energiebron voor de hersenen, voor de andere lichaamsactiviteiten zijn vetten nodig.
Als je 12 uur niet meer gegeten hebt dan wordt je suf en kun je je niet meer goed concentreren, dan komt omdat je hersenen weer koolhydraten nodig hebben.
- Mineralen, daar zijn 20 soorten van. De belangrijkste soorten mineralen zitten in: calcium, ijzer, zout, kalium, magnesium, jodium, mangaan en zink. Voedingsbronnen waar mineralen in zitten zijn: melk, noten, groente, granen, vis en eieren. De mineralen zorgen voor transport van stoffen in je lichaam. Mineralen houden je lichaamstemperatuur in stand en je lichaam bestaat voor 60% uit mineralen. Omdat er afscheiding van vocht in je lichaam is wordt je gedwongen deze hoeveelheid regelmatig te herstellen door veel te drinken.
- Vitaminen, vitamine A
Nodig voor: ontwikkeling van organen bij zwangerschap, tanden, botten, huid en haar.
Voed.bron.: lever, vlees, vette vis, visolie, margarine, eieren, zuivelproducten.
Aanb.h.v. : 12000 mcg per dag
Vitamine B1
Nodig voor: verwerken van koolhydraten tot energie,zenuwcellen
Voed.bron.: vlees, noten, bonen, gist en volkoren producten
Gev. tekort: verlies van tijdsbesef, geheugenverlies
Aanb.h.v. ; 1,4 mg per dag
Vitamine B2
Nodig voor: energie uit koolhydraten, eiwitten en vetzuren te halen
Voed.bron.: melk, kaas eieren, lever, noten, gist, groene
bladgroenten en volkoren produkten.
Gev. tekort: problemen met slijmvliezen, huid en ontstoken ogen
Aanb.h.v. : 1,6mg per dag
Vitamine B3
Nodig voor: energie uit voedsel halen, zenuwstelsel en
Spijsvertering.
Voed.bron. : vis, vlees, volkoren producten, noten en gist
Gev.tekort : verlies eetlust, diarree, huidverandering, vertering, emotie en zenuwbeschadiging
aanb.h.v. : 18 mg
vitamine B5
Nodig voor : het genezen van weefsels en zenuwen
Voed.bron : volkoren producten, eieren, vlees, noten en gist
Gev.tekort : beschadiging aan zenuwstelsel en darmen, pijn aan voeten en tenen
Aanb.h.v. : 6 mg
Vitamine B6
Nodig voor : zenuwstelsel
Voed.bron : orgaan vlees, volkoren producten, vis, peulvruchten, bananen en gist
Gev.tekort : slapeloosheid, huidbeschadiging en verwardheid
Aanb.h.v. : 2 mg
Vitamine B12
Nodig voor: DNA-synthese, rode bloedcellen en zenuwstelsel
Voed.bron : meestal dierlijke oorsprong, vis, orgaanvlees, melk
Gev.tekort : bloedarmoede, demensie en geheugenverlies
Aanb.h.v. : 1 mcg
Vitamine C
Nodig voor: huid, herstel van weefsels en botten, verhoogt opname van ijzer
Voed.bron : fruit, groente, citrusvruchten, paprika, kiwi en aalbes
Gev.tekort : scheurbuik en bloedend tandvlees
Aanb.h.v. : 60 mg
Vitamine D
Nodig voor: groei, ontwikkeling en hartslag
Voed.bron : visolie, boter, eierdooier, lever, vis en melkproducten
Gev.tekort : botvervorming
Aanb.h.v. : 5 mg
Vitamine e Hoofdstuk 2
‘Voedsel bewaren en het bereiden’
Hoe moet je voedsel bewaren
Je moet voedsel in ieder geval hygi?nisch en meestal koel bewaren. Rauwe voedingsmiddelen zijn altijd besmet met bacteri?n, daarom moet je rauwe voedingsmiddelen gekoeld bewaren en een korte tijd voor de bereiding uit de koeling halen. Diepvriesproducten moet je een dag van tevoren in de koeling leggen om te ontdooien. Rauw vlees, vooral varkensvlees en gevogelte, moeten bij de bereiding goed verhit worden. Gemalen of gehakt vlees, of vlees dat bestaat uit lapjes die om elkaar gewikkeld zijn (rollade, slavinken, blinde vinken enz.) moeten ook goed verhit worden zodat de bacteri?n geen kans krijgen om zich te vermenigvuldigen. Ook moet er voor gezorgd worden dat de bacteri?n niet overgebracht worden op andere producten, dit kun je voorkomen door:
- rauwe en bereide voedingsmiddelen gescheiden te behandelen en bewaren
- het keukengerei en de keukenapparatuur die in aanraking zijn gekomen met rauwe voedingsmiddelen, goed te reinigen en ontsmetten.
Het is belangrijk dat je voedsel goed bewaart in verband met besmetting
Besmetting is de overdracht van levende bacteri?n van het ene voedingsmiddel naar het andere voedingsmiddel. Het is belangrijk dat je voedingsmiddelen op een goede en hygi?nische manier bewaard, want zo kun je besmetting proberen te voorkomen.
Belangrijke punten om voedingsmiddelen niet extra te besmetten (ook wel nabesmetten genoemd) zijn:
- boven bereid voedsel kan beter niet gehoest of geniest worden
- bereid voedsel alleen maar met schoon en ontsmet keukengerei aanraken (dit geldt ook voor je handen)
- bereid voedsel afgedekt bewaren zodat er niets bij kan komen
- personen met een huidaandoening (bijvoorbeeld een steenpuist) mogen niet deelnemen aan het bereiden van het voedsel.
Voedsel goed bewaren is erg belangrijk
Als je voedsel niet goed en hygi?nisch bewaart en bereid kunnen bacteri?n zich vermenigvuldigen waardoor mensen er ziektes van kunnen krijgen. Vooral vroeger was er geen goede voedselhygi?ne waardoor er ziektes uitbraken die soms problemen gaven voor het hele volk.
Micro-organismen
Levensmiddelenmicrobiologie is de wetenschap die zich bezighoudt met het bestuderen van micro-organismen die in voedingsmiddelen voorkomen.
Micro-organismen zijn enkel met behulp van een microscoop waar te nemen. Tot de micro-organismen behoren:
- bacteri?n, de bacteri?n zijn voor het eerst in 1676 door Antoni van Leeuwenhoek gezien. Bacteri?n vermenigvuldigen zich door zich te delen waarbij het DNA-proces nodig is. Er zijn verschillende vormen bacteri?n:
Veel bacteri?n hebben een slijmlaag van koolhydraten om zich heen. Zo vormen de bacteri?n in de mond een slijmlaag op je tanden en kiezen, dat is tandplak.
- Rickettsi?n,dat zijn zeer kleine organismen die eigenschappen van virussen en bacteri?n hebben. Zij kunnen niet zelf vermeerderen, maar hiervoor zijn een mannelijk en vrouwelijk geslacht nodig. In rauwe melk (en de producten waarin dit is verwerkt) komt soms Coxiella burnetii (=Rickettsia burnetti) voor. Coxiella burnetii is de oorzaak van Q-koorts.
- Schimmels, dat zijn eigenlijk mini netwerken van draden (schimmeldraden). Daarom hebben schimmels een wollig uiterlijk. Aan of tussen de schimmeldraden worden sporen gevormd die zorgen voor de voortplanting van schimmels. Door de sporen zijn veel schimmels gekleurd, bijv. Penicillium Roqueforti is blauw/groen en die komt in Roquefortkaas voor.
Schimmels veroorzaken vaak voedselbederf doordat ze overal op kunnen groeien. Schimmels kunnen in voedingsmiddelen giftige stoffen vormen. Als ze in de voedingsmiddelen worden opgenomen kunnen ze ernstige ziekten veroorzaken. Er zijn 400 van deze ziektes bekend.
- Gisten, dat zijn eencellige schimmels. Ze kunnen eirond tot langwerpig van vorm zijn. Ze vermeerderen zich net zoals bacteri?n door deling. Gisten veroorzaken de alcoholische gisting van vruchtensappen, waarbij de in vruchten voorkomende suikers worden omgezet in alcohol en kooldioxide.
Zij kunnen ook koel en bij lage temperaturen bewaarde levensmiddelen bederven.
- Protozo?n, dit zijn kleine eencellige organismen. Ze komen voor in in de bodem, in oppervlaktewater en in het darmkanaal van mensen en dieren. Protozo?n zijn overal tegen bestand, bijvoorbeeld het chloreren van drinkwater, hieraan gaan zij niet dood.
Groente en fruit die in aanraking zijn gekomen met besmette grond of zijn gewassen met besmet water kunnen protozo?n bevatten.
- Virussen, zij zijn nog kleiner dan bacteri?n. Zij kunnen zich niet zelf vermeerderen, maar hiervoor zijn een mannelijk en vrouwelijk geslacht nodig. Sommige virussen kunnen via voedingsmiddelen overgebracht worden op de mens en daardoor kan een ziekte ontstaan. Als voedsel door een besmet iemand niet hygi?nisch bereid wordt kan dit weer overgebracht worden op andere mensen.
Waarom moet je voedsel bereiden
Voedsel moet je bereiden, omdat op rauw voedsel bacteri?n (micro-organismen) zitten. Als je het voedsel dan bereidt en behoorlijk verhit gaan de bacteri?n dood.
Dan hoef je niet meer bang te zijn dat je er ziek van wordt tijdens het opeten van het voedsel, ook heb je minder kans op infecties.
Waar moet je op letten bij het bereiden van voedsel
Bij het bereiden van voedsel moet je erop letten dat je het goed verhit en dat je hygi?nisch en schoon keukengerei en keukenapparatuur gebruikt. Je moet voedsel zo verhitten (de temperatuur hangt van het voedsel af) dat bacteri?n geen kans meer krijgen om zich te vermenigvuldigen, maar dat ze gelijk dood gaan.
De manieren waarop je voedsel kunt bereiden
Je kunt voedsel op vele manieren bereiden. Je kunt het koken, bakken grillen, stoven, roken, braden enzovoort. Ook kun je er bijvoorbeeld stampot van maken of bijvoorbeeld salade met saus en allerlei voedingsmiddelen er doorheen. Als je echt een speciaal recept wilt kun je in het kookboek kijken om daar wat uit te zoeken.
Hoe lang kun je voedsel bewaren
Hoe lang je voedsel kunt bewaren staat meestal op de verpakking van het voedingsmiddel vermeld. Op het pak staat altijd de datum van houdbaarheid en heel vaak staat er ook nog op: na opening … dagen houdbaar. Ook kun je natuurlijk bij het bewaarvoorschrift kijken hoe je het voedingsmiddel moet bewaren, meestal is dit koel en donker (in de koeling dus).
Hoofdstuk 3
‘Het etiket en de informatie die erop staat’
Wat erop het etiket moet staan!
Het is verplicht om de informatie over het product op het etiket te zetten, want dan weten de mensen wat ze kopen.
De vijf belangrijke punten die verplicht volgens de wet op het etiket moeten staan:
- De naam van het product, want dan weten de mensen welk product ze kopen.
- De ingredi?nten, dat zijn de stoffen waaruit het product bestaat. Ze moeten in volgorde staan van wat er het meest inzit naar wat er het minst inzit.
- De hoeveelheid, die moet er ook duidelijk opstaan. Meestal wordt dit gedaan in grammen of liters. Bij sommige producten wordt het aantal stuks erop gezet.
- De datum van houdbaarheid, dan weten de mensen of het product nog goed is of niet. Bij sommige producten hoeft dit niet.
- De naam+het adres van de fabrikant, als er dan iets is met het product kunnen de mensen een brief sturen met een klacht erin.
Dan zijn er nog twee punten over die er afhankelijk van het product op komen te staan:
- De gebruiksaanwijzing, bijvoorbeeld bij aardappelpuree hoe het klaargemaakt moet worden.
- Het bewaarvoorschrift, hoe koud of hoe warm, hoe donker of hoe licht je een product moet bewaren.
Waarom is het belangrijk dat er zoveel gegevens op een etiket staan?
Het is belangrijk dat er zoveel gegevens op een etiket staan, omdat mensen dan weten wat voor voedingsmiddel ze kopen, hoe ze het moeten bewaren, tot wanneer het houdbaar is, wat voor hoeveelheid erin zit enzovoort. Als je dan weet wat voor ingredi?nten erin zitten en wat die ingredi?nten betekenen is het helemaal handig.
Zoetstoffen
Bijna alle voedingsmiddelen bevatten zoetstoffen, dat is omdat het voedingsmiddel dan een lekkere zoete smaak krijgt. Sorbitol, mannitol, xylitol, isomalt, maltitol, lactitol en maltitolstroop zijn ook zoetstoffen. Ze vervangen als het ware de zoete smaak van suiker. Deze zoetstoffen kunnen in de lichaamscellen direct worden omgezet in energie. Het nadeel van deze zoetstoffen is dat ze diarree en tandbederf kunnen veroorzaken. Daarom is het ’t beste om een veilige grens met zoetstoffen eten aan te houden van 20 gram per dag.
Additieven
Additieven vind je in vele voedingsmiddelen. Additieven zijn toevoegingen aan voedingsmiddelen. Bijvoorbeeld stabilisator, dat is ook een additief, het wordt gebruikt als middel die er voor zorgt dat ingredi?nten in een product gemengd blijven.
E-nummers
Additieven hebben soms hele lange namen, dus worden zijn niet met hun volledige namen op het etiket genoemd. De additieven worden dan vervangen door
E-nummers. Het additief krijgt z’n E-nummer nadat de stof op Europees niveau is beoordeeld werd op zijn nut en zijn veiligheid. Het additief wordt toegelaten als het niet schadelijk is voor de menselijke gezondheid. Een paar additieven met hun
E-nummer en werking:
Kleurstoffen E 100- E 180 Maken producten aantrekkelijker
Conserveermiddel E 200-E 252
E 280-E 285 Maken producten langer houdbaar
Anti-oxidanten E 300-E 321 Voorkomen aantasting door zuurstof
Emulgatoren E 400-E 495 Maken dat vet en water gemengd worden tot
Een geheel (emulsie)
Geleermiddelen E 322-E 495 Verdikken en verstevigen de producten
Stabilisatoren E 322-E 495 Behouden de toestand waarin het product
Vlak na de fabricatie bevond
Smaakversterkers E 620-E 640 Versterken de smaak
Voedingszuren E 260-E 297 Maken de producten zuurder waardoor de smaak verandert of ze langer houdbaar zijn. Enzovoort.
De fabrikant maakt voedsel aantrekkelijk
De fabrikant maakt voedsel aantrekkelijk door middel van reclame op tv, in de krant, op de radio, in de supermarkt enzovoort. Het etiket op de verpakking maakt ook reclame door de vaak vele vrolijke opvallende kleuren, zodat hij opvalt uit het rek met voedingsmiddelen waar hij staat.
Het etiket van Calv? pindakaas
De naam van het product
De naam van het product staat duidelijk zichtbaar in het midden van het etiket: pindakaas.
De ingredi?nten
De ingredi?nten staan rechts van de voedingswaardetabel, pinda’s 93%, plantaardige olie en vet, zout.
De hoeveelheid
De hoeveelheid staat onder de ingredi?nten, 350 g E. E betekent ongeveer, het kan iets meer of minder zijn.
De datum van houdbaarheid
De datum van houdbaarheid staat rechts onderaan duidelijk op het etiket vermeld.
De naam en het adres van de fabrikant
De naam en het adres van de fabrikant staan op het etiket onder de hoeveelheid.
De gebruiksaanwijzing
De gebruiksaanwijzing hoeft er bij pindakaas niet op te staan, want je hoeft het alleen maar op je boterham te smeren.
Het bewaarvoorschrift
Het bewaarvoorschrift staat ook op het etiket vermeld onder de hoeveelheid.
Het etiket van Calv? pindakaas
Het etiket van Calv? pindakaas voldoet keurig aan de eisen en het staat er allemaal heel duidelijk en netjes op!
Handige opties
- Werkstukken over:De voedingsstoffen die je nodig hebt om gezond te leven’