Werkstuk: Skileraar
De inhoud
1. pisteregels
2. De veilig is het op de piste
3. Wat willen we leren
4. Wat moeten wij zelf doen?
5. vereisten
6. We kunnen een drie deling maken.
Pisteregels
Hier een overzicht van de regels zoals deze overal op de pistes gelden.
1. Iedere ski?r moet zich altijd zo gedragen dat hij anderen niet in gevaar brengt of schade berokkent.
2. Iedere ski?r moet zich qua snelheid en skistijl aanpassen aan zijn eigen capaciteiten, de toestand van de piste en het weer.
3. Wanneer een ski?r een andere ski?r van achteren (van boven) nadert, moet hij zijn spoor zo kiezen, dat hij die ander niet belemmert of in gevaar brengt.
4. Inhalen mag aan alle kanten, mits op zodanige afstand, dat de ingehaalde in geen van zijn bewegingen wordt belemmerd.
5. Een ski?r die zich (weer) op de piste wil begeven of een piste wil kruisen, moet zich ervan vergewissen, dat hij daarbij anderen of zichzelf niet in gevaar brengt. Dat geldt ook na iedere stop. Om hoog kijken of er niemand aankomt.
6. Een ski?r mag niet zonder noodzaak op nauwe onoverzichtelijke gedeelten van een afdaling stilstaan. Wie op zo'n helling valt of wil stoppen, moet zo snel mogelijk de weg vrijmaken en naar de kant gaan.
7. Een klimmende ski?r mag alleen de zijkant van een afdalingstraject (piste) gebruiken.
8. Een ski?r zal de aanwijzingen van de pistedienst moeten opvolgen en de borden respecteren.
9. Bij ongelukken is iedereen verplicht hulp te bieden.
10. Iedereen, getuige of betrokkene, verantwoordelijke of niet, moet bij ongevallen zijn of haar persoonsgegevens verstrekken.
De veilig is het op de piste
We kunnen een drie deling maken.
1. te dicht op elkaar, dus botsingen .
2. te hoge snelheid, vallen; door: gebrek aan techniek , zelfoverschatting en bravoer.
3. geen kennis van de regels.
1. Botsingen vormen een grote groep van de oorzaken van blessures. Door een gebrek aan techniek of te veel mensen bij elkaar, ontstaan vaak dit soort ongelukken
Door een goede techniek te leren kunnen we zelf hier veel aan doen.
2. Te hoge snelheid en daardoor vallen is ook een veel voorkomende oorzaak. Vaak terug te voeren naar een gebrek aan techniek, onvoldoende scholing gehad.
Iemand die goede bochten kan maken heeft zijn snelheid onder controle. Een bocht maken is remmen, zeker als de bocht afgemaakt wordt.
3. Pisteregels, weten wat de verkeersregels zijn. Als iedereen deze weet en zich er ook aan houdt, zouden er ook veel minder ongelukken zijn.
Wat willen we leren
Waar en welke instructie?
Wat wil iedereen op de ski's of board leren?
1. Stoppen, remmen en snelheidscontrole.
2. Het materiaal onder controle hebben.
3. Spelen met de elementen, het materiaal.
4. Genieten in de bergen.
`1
Ga voor instructie naar iemand die daarvoor een opleiding heeft gevolgd. (ongeacht of deze opleiding wel of niet is erkend. Wie bepaalt de erkenning?). Deze kent de problemen welke een (beginnende) sneeuwsporter heeft.
De skischolen in Nederland geven meer zekerheid en zijn vaak beter dan de skischolen in de Alpenlanden.
Denk er aan, er zijn verschillen tussen de verschillende scholen en hun leraren.
Wat moeten wij zelf doen?
Zo, onze ski's bewegen de berg af en wat moeten wij doen om een bocht te maken?
Het antwoord is heel eenvoudig: We moeten het lichaamszwaarte punt van de ski's af brengen of de ski's van het lichaamszwaarte punt. Hoe je dit kan doen zal ik je zo vertellen.
De ski?r die op een vlak terrein staat of een helling afkomt kan vier verschillende soorten bewegingen maken.
Balans bewegingen
Kanten bewegingen
Draai bewegingen
Druk controle bewegingen
Balans bewegingen - balans houden terwijl je naar beneden beweegt.
Kanten bewegingen - het zetten en houden van de zijkanten van de ski in een hoek met de sneeuw.
Draai bewegingen - draaien en sturen van de ski's.
Druk controle bewegingen - besturen en manipuleren met de druk variaties tussen de ski's en de sneeuw.
Laten we hier eens verder naar kijken.
Balans
vereisten
? Voldoende eigen vaardigheid(dit wordt getest op 23 mei op een indoor skibaan en kan ook worden getraind in de skiweken die CIOS Arhnem aanbied in de week van 30 januari 2006)
? Teamplayer
? Hoog verantwoordelijkheidsgevoel
? Discipline
? Goede omgangsvormen
? Plezier hebben in het werken met kinderen
? Toeristische dienstbare instelling, plezier in animeren
We kunnen een drie deling maken.
1. te dicht op elkaar, dus botsingen .
2. te hoge snelheid, vallen; door: gebrek aan techniek , zelfoverschatting en bravoer.
3. geen kennis van de regels.
1. Botsingen vormen een grote groep van de oorzaken van blessures. Door een gebrek aan techniek of te veel mensen bij elkaar, ontstaan vaak dit soort ongelukken
Door een goede techniek te leren kunnen we zelf hier veel aan doen.
2. Te hoge snelheid en daardoor vallen is ook een veel voorkomende oorzaak. Vaak terug te voeren naar een gebrek aan techniek, onvoldoende scholing gehad.
Iemand die goede bochten kan maken heeft zijn snelheid onder controle. Een bocht maken is remmen, zeker als de bocht afgemaakt wordt.
3. Pisteregels, weten wat de verkeersregels zijn. Als iedereen deze weet en zich er ook aan houdt, zouden er ook veel minder ongelukken zijn.